De werken van Vondel. Deel 4. 1640-1645
(1930)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekendA.Kinder-portret, gehouden voor een jeugd-portret van Vondel. Teekening met rood en zwart krijt, door Goltzius. Van onderen in 17-eeuwsch schrift: ‘Jochem V(er?)s (pro?)nck’. Volgens opgave Catalogus Vondel-Tentoonstelling 1879, nr. 101. | |
B.1607. - Als vaandrig gaande aan het hoofd der rederijkers-optocht van de Amsterdamsche Cameristen der Brabantsche Kamer ‘'t Wit Lavendel’, ‘Uyt Levender Joost’, naar het ‘Constthoonende Juweel’ te Haarlem, gehouden ‘om het oudemannenhuis met een loterye te bouwen’, in October 1607. Dus op zijn 20e jaar. Anonieme gravure in ‘Const-thoonende Juweel, By de loflycke stadt Haerlem, ten versoecke van Trou moet blycken, in 't licht gebracht’. Tot Zwol, by Zacharias Heyns, 1607. In het ‘Berecht’, voor Salmoneus zegt Vondel, dat hij met den optocht is medegegaan. | |
C.± 1640. - Oude man, met breedgeranden hoed en puntbaardje, voor een oude woning. ‘De Dichter Vondel, voor zijn huis’. Teekening door Rembrandt. Rembrandt's Handzeichnungen von Kurt Freise, Karl Lilienfeld und Heinrich Wichman, nr. 92. Hofstede de Groot, Rembrandt, Handzeichn. nr. 102. | |
D.1659. - In de ‘National Galery’ te Londen, door Rembrandt. Mansportret, afgebeeld in Adolf Rosenberg, Rembrandt, Des Meisters Gemälde. | |
[pagina 50]
| |
Deutsche Verlags-Anstalt, 1904, blz. 230, rechts. In Roeping, Des. 1925, door Rob. de Wilt als een zéker portret van Vondel beschreven. (??) Zie: Sterck, Rondom Vondel, Amsterdam 1927, blz. 131. | |
E.± 1648. - Schilderij Rijksmuseum door H. Pot. In Arcadisch herderscostuum, naar links, het hoofd met lauwerkrans; omkranste herdersstaf in rechterhand, en herdersfluitje in linker. Herdershoorn op tafel. Kniestuk. In Catalogus Rijksmuseum 1920, nr. 1907a als zoodanig vermeld. Zie ook: Het Jaarboekje van J.A. Alberdingk Thijm 1906, en: Sterck, Hoofdstukken over Vondel en zijn kring. Amsterdam 1923, blz. 82. Verondersteld werd dat het Vondel voorstelde in de rol van Adelaert uit Leeuwendalers. Er bestaat van dit portretje een tegenhanger, ook door Pot, een Arcadische herderin voorstellende. | |
F.1657. - Schilderij, in 1930 bij de firma Goudstikker te Amsterdam, door Ferdinand Bol: ‘Selon plusieurs personnes compétentes ce portrait représente Joost Van den Vondel. Il est assis à une table couverte d'un tapis de Perse, sur laquelle il y a un encrier et un livre ouvert, derrière lequel on distingue encore une rangée d'infolios. Vondel porte un manteau rouge très foncé. La tête caractéristique est coiffée d'une calotte foncée. La main gauche est posée dans les plis de son costume, de la main droite, qui s' appuie sur un livre, il tient une plume d'oie’. Catalogue de la Collection Goudstikker, No. 14 (Dec. 1919); No. 4. Later is de naam Vondel weggelaten. Op zijn 70e jaar. Levensgroot; schitterend mooi schilderstuk op doek; 105 × 89 cM. Zie Sterck, Hoofdstukken over Vondel en zijn kring. Amsterdam 1923, blz. 78. | |
G.Vóór 1663. - Schilderij door Juriaan Ovens, vóór 1663 door Vondel bezongen(??) Zie Schmidt Degener, Rembrandt en Vondel, Gids, 1919, p. 28 (overdruk.) | |
H.Door Ostade(?) met dekverf, volgens aanteekening Vondel voorstellende(??). Vroeger bij Kneppelhout, nu in 't Vondelmuseum. Ook bij Van Lennep, XII, p. 146. Hierop vers door Fr. de Haes Jr., Gedichten blz. 12. - Ned. Kunstbode III, blz. 199. Artikel van J.A. Alberdingk Thijm. J. St. |
|