Kruistriomf en gezangen
(1750)–Joannes Vollenhove– AuteursrechtvrijRechtvaardigheits kroon van den rechtvaardigsten Rechter te wachten.Wyze van den 143. Psalm.
Hic pietatis honos.
GOdtvruchtigen, die, laag verschoven
Zelf om uw vroomheit, hoog te loven,
Met haat begrimt wort, smaat en spot;
Grypt moedt, houdt stant, ziet op naar boven,
En wacht van daar een beter lot.
't Gezigt der bozen, blint en duister,
Kent Godt niet, noch uw waarde en luister:
Elk geeft wat hem de hel in 't oor,
Om u t'onteren, blaze en fluister',
Tot zyn bederf, te licht gehoor.
Een leli slachtge, omringt van doornen,
Een schaapskooi, onder stank en hoornen
| |
[pagina 279]
| |
Van bokken, in veel ramp en kruis;
Als Isak, Josef, Godts verkoornen,
In Abrahams en Jakobs huis.
Maar hoont veel blintheit u boosaardig,
De Hoogste, die uw hart rechtvaardig,
Uw' wandel vroom kent, schat u hoog,
Als zynen zegelringk, ja waardig,
Gelyk den appel van zyn oog.
Hy slaat met ogen van genade
En gunst wie hem ontzien wel gade;
Telt zwerven daar en bange vlugt;
Telt tranen, houdtze, als dier, te rade
In zyne flesch, met zucht op zucht.
Zyn dienst, misloont en dwaas gerekent,
Vint ruim zo heerlyk en uitstekend
Haar' prys en eerkroon in zyn ryk,
Als Mardocheüs dienst, getekenGa naar margenoot+
In vorst Asswerus ryxkronyk.
Kan Ismaël een plaats verwerven
In Abrams huis, geen' moedt dus derven,
Die Isak plaagt, en Sara stoort;
Hy mag met Isak daar niet erven:
De dienstmaagt en haar zoon moet voort.
| |
[pagina 280]
| |
D'ondankbre schenker blyf vergeten,
Hoe braaf zich Josef hebb' gequeten:
D'Alziende, geensins onbewust
Van onrecht en oprecht geweten,
Beloont en kroont zyn leet met lust.
Zou d'eedle deugt in moedt verslappen?
O neen, vaart voort, blyft rustig stappen
Op 't hemelpadt door druk en hoon.
Gewisse straf zal 't quaat betrappen:
D'Almagtige is uw schilt en loon.
1693. |
|