Dagboek uit een kamp

26 maart.

Dat Mams haar activiteit gisteravond min of meer in elkaar zakte, en dat ze naar huis ging, ziek, met de opmerking: ‘Ik ben benieuwd wanneer ik hier weer terugkom’, heeft zijn oorzaak in de teleurstelling die op blijde verwachting gevolgd is. Mös was gisteren hier en ondervroeg de artsen over de gezondheidstoestand. Deze, op wenken van Hanke en Weisz, die zelve op de slechte toestand de nadruk legden, spraken de waarheid, verklaarden dat er 60 tyfusgevallen waren 40 verdachten, et cetera. Het transport, dat ons boven het hoofd hing, was dus geen gunstig, althans naar het oordeel van Weisz en Hanke. Deze laatste is echter niet te vertrouwen, het is dus de vraag of de artsen er goed aan deden de toestand hier zo slecht en die van de Hongaren hiernaast zo gunstig voor te stellen. Het is nog geen 7 uur. Gisteren maakte ik overuren met dekens en rotzooi van de autoclaafhalen; ik nam alles mee wat nog verspreid op de grond lag, men kan het hier komen uitzoeken.

[p. 115]

X. (een van de artsen van Mös) gaf me 9 coffeïn-coramin-strychninetabletten. Een ervan maakt me nu zo actief en matineus. In normale tijden zou ik nu een veldloop gaan maken, zoals de laatste maanden mijn gewoonte was geworden. Dat is de reden ook van mijn luiheid hier, behalve de gewone calorieënhypochondrie, dat er voor activiteit hier geen uitweg is dan vervelend werk, waarvoor niemand je dank-je zegt (typische breedsprakigheid na wekaminegebruik!).

Als er een verplaatsing van het kamp zou komen, gesteld dat van ons drieën ik het er levend af zou brengen, zou het een toer zijn dit dagboek te redden.

Jerry W. gaf me gisteren sigaretten, die ik tegen 1 rantsoen brood ruilde, daar ik van het mijne niet had kunnen afblijven. Hij was niet enthousiast over transportkansen (X. had nog niet zijn verslag uitgebracht) omdat hij in alle kampen - beter: in alle kooien van deze dierentuin - zijn protégés had, en die niet graag in de steek liet. Hij vertelde ook hoe werkelijke transportmoeilijkheden de oorzaak waren van de slechte voedingstoestand hier: Möller wil ons zo goed mogelijk voeden.

Eén Rothschild is dood, één is doodziek; het is hier kennelijk geen oord voor Rothschilds...