onderdrukte vlijt en nijverheid, door gemis aan de zoo noodzakelijke geldelijke tegemoetkoming; - ziedaar, kinderen, de toenmalige gesteldheid van ons land, de omstandigheden, onder welke de Gouverneur Elias zijn bestuur aanvaardde, met den last van hoogerhand, om de uitstaande gelden der bank, alsook de achterstallige belastingen, strengelijk in te vorderen, en, onder geen voorwendsel, gelden uit de kas der bank in omloop te brengen, dan alléén tot bestrijding der administratie kosten.
Door deze omstandigheden was er niet veel heils te verwachten.
De waardige Landvoogd bemerkte al spoedig, dat de verschillende klagten, waarop hij reeds op de eerste audiëntie onthaald werd, maar al te gegrond waren, en het deed hem van harte leed geen enkele te kunnen opheffen, zelfs, wien het ook ware, met eenige hoop te vleijen.
Hij overtuigde zich weldra, dat onderscheidene oorzaken, maar vooral de benarde toestand der inwoners eene hervorming vorderden; - dat de wezenlijke behoefte en armoede van een groot gedeelte der bewoners, het dezen onmogelijk maakte, de belastingen op te brengen; - dat handel en nijverheid ongemeen bezwaard waren, terwijl op de weelde volstrekt geene lasten rustten; - dat derhalve vereenvoudiging van vele takken van openbaar bestuur en eene doelmatige bezuiniging aanvankelijk veel zouden kunnen bijdragen om, zoo al niet den toenmaligen staat van zaken te herstellen, althans, dien zoo veel mogelijk, dragelijk te maken.
De Gouverneur Elias benoemde, kort na zijne aankomst, eene kommissie, ten einde een nieuw belastingstelsel te ontwerpen; - eene andere, om het Gouver-