onlangs aengevoerde waren en de inlading der voortbrengsels van het land. Talryke booten doorkruisen in alle rigtingen dea stroom en zetten aen dit alles nog meer beweging en leven by. Op den achtergrond liggen de weelderige landouwen van Vlaenderen, die door de wending der Schelde zeer schilderachtig voorkomen.
Trek nu uwe blikken van daer af, en kykt regt voor u heen. Dáér, op de plaets die ik reeds zoude genoemd hebben, hadde ik haren naem niet vergeten, liggen hooge stapels hout, uit de noorderlanden alhier aengebragt, en zyn bestemd voor de nieuwe gebouwen dezer stad, of worden verder naer andere plaetsen vervoerd. Meer achteruit, bevindt zich de ingang van de dokken, en nog meer van achter, het kookhuis, waer de schippers hun eten bereiden; terwyl men geheel op den achtergrond, het nieuwe veer, de stapelschuren en de noorder vesting van de stad ziet liggen.
Op uwe regter hand eindelyk, ziet gy die schoone dokken, die de verwondering des vreemdelings verwekken, en, wanneer de handel in eenen bloeijenden toestand is, met een woud van masten bedekt zyn.
Welnu, lezer, zoo gy, na dit alles goed bezigtigd te hebben, eenige schreden vooruit treedt, dan zult gy een weinig naer den linken kant, niet ver van een schildwachthuis en nevens eenen met zwarte nagels beslagen pael, eene groen geschilderde bank zien staen, waer gy,