Den lvst-hof van de christelicke zielen
(1600)–Jacobus Viverius– AuteursrechtvrijOp de wijse, Ick en ben niet als de Pluyme, &c.
.
MYne Ziel is hertigh blijde,
Om dat God sijn volck bijstaet:
Dus will' ick in vreughdes tijde,
Heer, verheffen dijn Ghenaet.
Als de mensch niet helpen can,
God die can ons helpen dan:
God is soeter dan het * Man.
I I.
O Den * Heunigh is wel soete,
Soeter noch is God's ghenaet.
Dat de sondaer hebbe * boete,
En God hem in noodt bijstaet.
| |
[pagina 48]
| |
Een * handt-wijl is God verstoort,
Dan moet sijne gramschap voort:
God haest onse suchten hoort.
I I I.
Can een * moeder oock verlaeten
Haere vrucht ? Ick denck wel neen:
Noch veel min, O * swacke vaeten,
Laet u God in droef gheween.
God * keert wel sijn ooghskens soet;
Doch uyt liefde hij dat doet:
Die wilt * lachen weenen moet.
I V.
* Mauritz O der Helden eere
Was als * Moses seer benouw't,
Als den vyandt druckte seere;
Doch het * veldt hij noch behouw't.
* Onwe'er gaer voor Sonneschijn;
* Vreughet comt altijdt naer pijn;
Och door druck wij blijde zijn.
V.
Souden wij niet blijde wesen,
Daer ons God soo helpet hier;
Daer ons God soo comt ghenesen,
Als wij gantsch verdwijnen schier ?
O die van God wordt verlost,
Die moet drencken vreughdes * most:
Godes * vreught ons niet dier cost.
V I.
* Zij, O zij, den Hemel blijde;
Zij, O zij, de eerd vol vreught;
Lacht ghij Enghels nu ten tijde;
Lach' elck een die minnet deught !
Als men siet dat God de Heer
Helpet sijne Schaepkens teer,
O dan moet men lachen seer.
V I I.
Voor besluyt, soo bidt de * Schriver
O Christ, dan dijn goedtheydt blijf:
Als de vis leeft bij den * Viver,
Levet bij Christ man en wijf.
* Buyten Christ is niet dan pijn:
* Christ is onsen Medeciin:
Blijft in Christ, ghij sult wel zijn.
|
|