| |
| |
| |
Schuld en Samenleving
Om aan de misdaad te ontkomen, zal de samenleving zich in haar geheel van schuld moeten ontdoen, en schuldeloos de misdaad verbannen. Het is ondemokratisch en een schrijnend onrecht dat een aantal mensen als slachtoffer, als fall guys moeten dienen en afgezonderd, buitengesloten worden omdat zij op de een of andere wijze een wet hebben overtreden die geldt zowel voor de wijze man als voor de dwaas - en dat waar zoveel wetten ongestraft overtreden worden: het gij zult niet doden bijvoorbeeld.
Het is een onmenselijke situatie, dat tientallen, honderdtallen slapende rijk worden, terwijl duizenden, tienduizenden anderen van honger omkomen en weer vele anderen met even veel recht op leven, even veel recht op Iiefde, in dit ons welvarende land noch een huis hebben om in te slapen, noch de mogelijkheid het met werk van eigen hoofd en handen te verdienen.
Het is een onmenselijke situatie, die gevaarlijk en krankzinnig is, gevaarlijk wegens de eksplosieve konfliktstof, in deze kunstmatige tegenstellingen aanwezig; krankzinnig omdat het niet nodig is, dat op dit ogenblik waar ook ter wereld mensen gebrek lijden: er is meer dan
| |
| |
genoeg energie voorradig, meer dan genoeg leefruimte beschikbaar, meer dan genoeg voedsel en brandstof aanwezig, meer dan genoeg kennis en wetenschap onbenut.
| |
Een zieke maatschappij
De ontwikkeling van het leven stelt ons, telkens opnieuw en in steeds verhevigder mate, voor nooit eerder aanwezige, vroeger niet bestaande, nieuwe problemen.
Op het ogenblik bevinden wij ons in een revolutionaire tijd; op alle gebieden van menselijk kunnen en mogelijkheden zijn revolutionaire ontwikkelingen gaande. Samenwerking groeit op alle gebieden, en vooral in de organen van internationale organisaties; steeds duidelijker is het besef dat elk probleem aan het andere verwant is, deel uitmaakt van een groter geheel, dat nog slechts weinigen objektief kunnen overzien. Het arsenaal van wetenschappen is te groot geworden voor specialistische, beperkte toepassingen, de kennis is te groot geworden dan dat één man tegelijk alle beslissingen kan nemen - kollektiviteiten vormen de machten, die in politicis kunnen beslissen over onze dood en ons leven.
Wij moeten ons er voortdurend van bewust zijn, dat een samenleving, de menselijke samenleving in haar geheel, slechts dan veilig is als overal, van binnen naar buiten, van boven naar beneden, van links naar rechts, gekommuniceerd kan worden, als de eenheid van het geheel bewaard kan worden gelaten.
In een demokratie heeft iedereen recht van spreken. Mensen moeten leren met mensen te leven, de ander als broeder te zien en niet als vijand. In veel opzichten is de maatschappij ziek. Die maatschappij moet genezen, wil zij huidige krisis-situaties overleven. Als niet iedereen in deze jaren wordt doordrongen van een alles overheersend
| |
| |
gevoel van liefde, voor het leven, voor zichzelf, voor zijn evennaaste, voor de eerste de beste voorbijganger, voor de gemartelde tijdgenoot op de foto's in zijn dagbladen, is deze maatschappij het leven niet waard, pleegt ze geestelijk en lichamelijk zelfmoord.
De mens zal ten onder gaan, als hij de dood boven het leven verkiest in de vorm van de koude-oorlogsmentaliteit, die velen nog als een steen op het hart ligt, kil en zwaar. Velen zullen moeten kiezen: de muren slechten die zij om hun eigen zekerheden hebben opgetrokken, uitzichtloze bases verlaten, van verwarring afstand doen, twijfel wegwerpen, ongeloof mijden - als de pest.
Wie op dit ogenblik geen uitweg voor zijn problemen ziet, moet zijn hart uitstorten, wie op dit ogenblik ongelukkig is, moet er ogenblikkelijk iets aan doen, wie op dit ogenblik met een ander in onmin leeft, moet terstond het misverstand uit de weg ruimen - en wie op dit ogenblik niet zijn stem verheft tegen elk onrecht, is een lafaard die niet weet dat hij leeft, en hij zal geen genade vinden.
| |
Wat maakt ons mens?
Hij zal niet leven die zijn gevoel en zijn verstand, zijn zintuigen en zijn hersenen niet ten volle gebruikt in de tijd tussen zijn geboorte en zijn dood. Wat maakt hem gedurende die reis tot mens onder mensen?
Dat hij zich niet tot machine verlaagt, dat hij bij alles wat hij doet nadenkt, dat hij niet het lopende-bandwerk, de domme-krachten van zijn tijd vooropstelt. De mens hoort te weten, dat het leven er is om van te genieten, om lief te hebben en dat al het andere niet ter zake doet, slechts nodig is om in leven te blijven.
De routine van de arbeid is een vervloeking die ongedaan kan worden gemaakt. Hoe langer hoe meer mensen verrichten geen arbeid meer, maar verlenen diensten.
| |
| |
Hoe langer hoe meer mensen maken het leven bespeelbaar. Kommunikatie is een nieuwe industriële en menselijke revolutie. We zullen straks volop tijd hebben voor onszelf, om na te denken en beslissingen te nemen - hoe vérstrekkender hoe beter, hoe ingrijpender hoe verrukkelijker - hoe meer daadkracht hoe meer levenskracht.
In de nood vinden mensen elkaar. In de wanhoop herkent de mens zijn medemens. In dit leven kunnen wij elkaar niet naar het leven staan, maar moeten wij ons geven om zelf te kunnen leven, voor zover dat maar binnen onze mogelijkheden en ons handbereik ligt. Niemand kan me mijn geluk ontnemen. Niemand anders leidt mijn leven. Ik leid het zelf, omdat ik weet wie ik ben, omdat ik niemand anders wil zijn dan degeen die nu en altijd in mijn schoenen heeft gestaan, omdat elk ogenblik van dit leven zin heeft, zoveel zin als wij er zelf maar aan willen geven.
Iedereen heeft de gelegenheid zichzelf te zoeken en te vinden, en die ervaring bestaat niet buiten onze werkelijkheid, maar is er het fundament van. Het is als een liefde die alle leven door heeft gebrand, in elke man die in de armen van zijn vrouw lag, in elk kind dat leerde kijken.
Ik sta aan het einde van mijn ervaringen tot heden, aan een nieuw begin dat ik elke dag opnieuw weer morgen noem, vandaag. Ik vlieg, mijn tijdgenoten vooruit, de toekomst binnen. Kijk eens, zeg ik, wat een blauwdrukken voor beter leven ons wachten! Kijk eens, een even waardevolle mening naast de mijne! Kijk eens, hoe belangrijk het is als je je helemaal in een ander kunt verplaatsen. Kijk eens, hoe vereend wij samen zijn, kijk eens wat ons allemaal verbindt: één hart, één lichaam, één ziel! Kijk eens, zeg ik, schenk een doodgewoon geloof aan mijn woorden. En wie verleent dan mijn stem autoriteit?
| |
| |
Niets dan mijn stem, in staat ervaringen, gevoelens en gewaarwordingen te verwoorden, omdat ik de waarneming heb verkozen van zoveel mogelijk in mijzelf en de wereld. Niets hoeft de mens vreemd te zijn, of onbekend; voor iedereen bestaan de duizelingwekkende diepten van het eenzame, uitzichtloze isolement, maar ook de meest gelukkige en unieke ogenblikken van een mens-zijn dat in zijn totaal wordt beleefd - en waar de waarheid ligt die wij werkelijkheid noemen. Ieder van ons heeft het in zijn eigen handen. Een geloof dat de mens omvat, een geloof in de evolutie, kan de mens zijn weg vooruit doen vinden, waar hij alle pijnen van de ander aan eigen lijf kan ervaren, waarbij hij alles in het werk zal stellen om het onrecht uit de wereld te verdrijven, omdat hij inziet dat iedereen vrijelijk hoort te kunnen genieten van de rechten die in menselijke en natuurlijke grondwetten zijn vastgelegd.
| |
Leeggelopen bestaan
U had wellicht hier van mij verwacht, dat ik uit de diepten van de eigen ervaring, van binnen uit, volop beleefd, zou komen vertellen op welke onmenselijke wijze de gevangenisbewoner wordt ontmand, ontluisterd, verstoten, verziekt en gedegradeerd. Het is niet zo moeilijk in schrille kleuren het leeggelopen bestaan op te roepen waarin ‘de gestrafte misdadiger’ zijn boete behoort te doen, alle wil, elke verantwoordelijkheid ontnomen.
Dagen en nachten en dagen en weken en maanden - voor sommige zelfs jaren - geen w.c. door te kunnen trekken, geen straat over te steken, geen geld te wisselen, geen omhelzing te verwachten, geen zoen, geen kraan opengedraaid, geen van die vele andere dingen die onze vrijheid uitmaken, geen nuttig werk, geen vrienden (behalve de ter plaatse gemaakte), geen ontspanning - of het
| |
| |
moest een gereglementeerd bioskoopje of televisievoet-baluitzending zijn, onder toezicht van bewaarders die boeman spelen; iedereen ziek en abnormaal - het zijn sterke benen die de weelde van de gevangenis kunnen dragen.
De zwakken worden zwakker en zwakker; u noemt ze recidivisten, zo zwak als ze de gevangenis binnenkwamen, zwakker nog komen zij eruit in een wereld die hen wantrouwt, onverschillig is voor hun nood, vijandig zonder vergevingsgezindheid, in een wereld die zelf gevangenis is met onzichtbare tralies en ondoordringbare muren van vooroordeel.
De vrijheidsberoving is de grootste misdaad die deze maatschappij zichzelf aandoet, juist in deze jaren nu steeds meer mensen om de vrijheid hidden, smeken, roepen en vechten, of zich protesterend manifesteren. Het is geen onwil die de jeugd drijft, om zich aan te passen, het is een natuurlijke wil die zich door geen enkele neurose van oudere generaties laat breken; steeds krachtiger zal het protest klinken: geef me een woning! geef me de vrijheid! laat mij spelen! laat mij zijn wie ik ben en dwing me niet te zijn wie jullie zijn! Ik lap aan m'n laars jullie misverstanden, jullie statusgedoe, jullie kortzichtigheid, verstardheid. De jeugd groeit op, elk jaar een nieuwe ontdekking: een man rond de aarde, de mens in de ruimte...
| |
Snelle ontwikkeling
In Amsterdam sta ik er midden in, ieders rol is te begrijpen en ik zie dat er maar één strijd gaande is, tussen de beweging van de jeugd, haar dadendrang en kreativiteit, haar groeiende behoefte aan waarachtige informatie, en de bewegingloosheid die menselijke wetten hanteert als waren het de tien geboden, geschreven in de oudheid toen Darwin en Freud en Einstein en Wiener hun waar- | |
| |
heid nog niet aan de muren geschreven hadden. De ontwikkeling van het maatschappelijk spel gaat zo snel, wij zitten in zoveel revoluties tegelijk dat de voorschriften van de vorige generaties de werkelijkheid heden niet meer dekken. Steeds meer kommissies met steeds meer invloed, met steeds meer overtuiging vinden noodoplossingen voor noodsituaties, vragen het gehoor van plaatselijke en provinciale en rijksoverheden, raken verzeild in een kompetitief politiek spel van ekonomen en planners en statistici en politici, moeten berusten in de macht van die afgod geld, die ons met die andere afgoden regeert: het verkeer, de arbeid, de machteloosheid.
| |
Niet langer gevangene
En waar blijft de mens om wie het gaat? Hij wordt weggedrukt in kategorieën en case-histories, in definities en plaatsbepalingen waarbinnen hij allang niet meer is te vangen. Want de mens is niet langer een gevangene, hij doorbreekt bij voortduring de beperkingen die hem waren opgelegd, de mens is al anders dan tien jaar geleden, zijn ogen zien dank zij de televisie verder, hij hoort meer want radio en televisie dragen hem steeds verder, en als hij een stem heeft, kan hij verder reiken.
President Kennedy was slechts een van velen die anderen vertellen dat ze samen onderweg zijn, dat de mens zichzelf moet overwinnen voordat de wapenen hem vernietigen en dat je moet vertrouwen in een toekomst die voor iedereen ‘a great society’ zal zijn. Kennedy, volgens het boek van Schlesinger, ‘begreep hoezeer een samenleving vol uiterlijke lukse in staat is, berooide jonge mensen in verleiding te brengen en te frustreren, om ze de wereld te presenteren op een televisiescherm en dan de deur in hun gezicht dicht te slaan, om mensen die al ontgoocheld waren door gescheiden ouders, overvolle scholen
| |
| |
en een vijandige omgeving, te vervullen van een zo wanhopige wrok dat ze om hun eigen ongrijpbare identiteit gestalte te geven, hun toevlucht namen tot moord en geweld.’
In de groeiende welvaartsstaten van West-Europa zullen wij met dezelfde problemen gekonfronteerd worden: amerikaanse problemen worden de onze, evenredig in omvang en ernst.
En wat is er dan aan te doen?
Samenwerking, niets dan samenwerking, voorzorg en preventie, opvoeding en inlichting. Begrip en kommunikatie, nieuwe mogelijkheden, nieuwe funkties, eksperimenten. Begin bij de meest misdeelden, bij een jeugd die volop leven wil, van geen oorlog meer wil horen, die een niet te stuiten speeldrift heeft en gefrustreerd wordt door een maatschppij die geen enkel grandioos idee biedt, slechts enkele kleine alternatieven. Want de avonturier kan niet meer naar zee, de ontdekker kan de woestijn of jungle niet meer in. En hij die van huis wegloopt wordt eerder beatnik dan admiraal, eerder liedjeszanger dan geniale uitvinder, eerder delinkwent dan held.
Zo is het nu eenmaal, zo verloopt het als wij niet weten wat er gebeurt en waarom. Als wij nu niet inzien, dat de wereld is veranderd sinds tien jaar toen het eksistentialisme de heersende absurdistische leer was en de koudeoorlogsmentaliteit er een was van eigen leven - dan zien wij ook nooit in het hoe en waarom van de veranderende tijden. Dan houden wij onze ogen gesloten voor een dagelijks groeiende, nieuwe werkelijkheid die zich buiten de huidige maatschappijvormen om aan het ontwikkelen is: een nieuwe moraal, een andere mentaliteit.
| |
Geen rebellie, levenshouding
De samenleving is pas veilig als iedereen zich veilig
| |
| |
kan voelen zonder oorlogsdreiging of het spook van de depressie, dat bij velen nog achter de deur staat. Geen vijanden van buiten heeft de mens, elk idee van vijandschap onder mensen is een goddeloze schim, die uitgeroeid moet worden, elk idee van verbondenheid moet aangemoedigd worden, met alle middelen. Kontaktorganen, ontmoetingscentra, beïnvloeding en een voortdurend hameren op een urgentie, die dagelijks groter wordt naarmate er meer mensen om niets in de gevangenis gezet worden. Om hun meningsuiting, om een rebellie die geen samenzwering is, maar een levenshouding die zich uit op de openbare weg, die geschapen is voor de ontmoeting en niet voor de lopende band van het verkeer, dat onmenselijk monster dat wij aanbidden, tienduizenden slachtoffers per jaar makende, omdat een industrie slechts kwantitatieve winstgevende oogmerken vooropzet en nauwelijks de kwalitatieve, veilige.
Hoeveel agressieve rijders die psycho-therapie dringend benodigen, hoeveel alkoholici achter het stuur die psychohygiënisch ondersteund dienen te worden zijn er niet? Hoeveel angst voor het onbekende, het vreemde, het nooit-eerder-geziene bij kortzichtige en bevooroordeelde mensen - hoeveel verleden is niet op te ruimen, voordat wij weten wat het nu is en hoe de toekomst er uit ziet?
Het gebeurt allemaal, niettegenstaande de inertie, stap voor stap, maar met een sneeuwbaleffekt! Hoeveel mensen beginnen niet lichtpuntjes in hun duisternis te ontwaren, omdat zij andere mensen ontmoeten, die zich medeverantwoordelijk voelen voor hun gedeelde menszijn.
| |
Geen kontakt
Ik ben gelukkig, waarom zou een ander ongelukkiger zijn dan ik?
| |
| |
Ik ben klaarwakker, waarom zouden anderen moeten slaapwandelen? Ik ben doelbewust en vol levenskracht, waarom zou een ander zijn doel niet mogen zoeken en kracht ontlenen aan mijn woorden?
Waarom zouden wij niet opnieuw moeten leren in een westerse samenleving die het intellekt en de ratio heeft laten prevaleren boven de minstens zo belangrijke menselijke zieleroerselen en hartewensen, om aan deze verwaarloosde, verschrompelde aspekten steeds meer aandacht te wijden?
Vanwaar de zelfmoorden? Door het ontbreken van menselijk kontakt. Vanwaar de vervreemding, het a-sociale isolement en de vijandige eenzaamheid die de mens soms tot angstige, wanhopige en ondoordachte daden brengt? Velen zien nergens een uitgestrekte helpende, troostvolle en liefderijke hand.
Wat doen wij er tegen? Moeten wij niet zorgen, dat onze pers wat minder roddelt, wat minder schrijft over materiële schijnproblemen, de ene dag drie moorden, vier ongelukken, warm weer en een loonsverhoging, de volgende een moord, zeven ongelukken, slecht weer en een prijsstijging?
Moeten wij niet onszelf verdiepen, met wat meer informatie, wat meer wetenschap, wat meer poëzie, wat meer inspiratie, wat meer geloof, wat meer nieuwe ideeen? Of leggen wij ons neer bij die verouderde opvatting, dat de mens nu eenmaal is zoals hij is en hij wel altijd zo zal blijven? Gaan we dus maar bij de pakken neerzitten omdat wij de problemen niet langer overzien?
Deze problemen zijn onderling alle met elkaar verbonden; het onderwijsprobleem, het jeugdprobleem, het leefbaarheidsprobleem, het ruimteprobleem, het zogenaamde vrijetijdsprobleem, het oorlog-vrede-probleem, ze staan alle met elkaar in verband.
| |
| |
| |
Levend erfdeel
Dat wij met alle macht moeten zorgen de gevangenissen zo snel mogelijk weg te krijgen, alsmede alle voorzorgsmaatregelen treffen om niemand in de gevangenis te doen belanden, het is niet meer dan onze plicht om onszelf op die plicht te wijzen, zoals het ons recht is van de vrijheid te kunnen genieten.
En het is ons recht, anderen op die plicht te wijzen, zoals het ons recht is dat wij van de samenleving meer kunnen eisen dan alleen maar een materieel welzijn van wieg tot graf, niet alleen het niet omkomen van de honger, maar evenmin van vervreemding, niet alleen een christendom en een humanisme van het woord, maar de leer van de vredelievende daad, het mens-zijn beleden in de volledige zin van het woord. De kerken open voor gesprekken. De straten open voor feesten. De zon in het hart. De steden geen woestijnen van steen, maar oases van kultuur.
Een levend erfdeel dat altijd in de mens heeft gescholen, zal moeten worden herontdekt op weg naar die nieuwe tijd, die ons van routine-denkwerk zal bevrijden. Bij hoevelen nog het grote, uit de weg te ruimen, misverstand als zouden machines de mens gaan overheersen, terwijl de mens juist in staat is zijn slaaf-zijn aan de machines over te dragen. De machine bevrijdt ons juist van de minder belangrijke taken in dit leven en geeft ons de gelegenheid wat dieper over waarlijk belangrijke dingen na te denken.
Op nationaal of internationaal plan bijvoorbeeld wat ekstra-kurrikulaire aktiviteiten, een gerichte meningsvorm, een leren denken, een leren meer-dimensioneel denken met aandacht voor current affairs en de maatschappij en veel meer aandacht dan voorheen voor onze oordeelsvorming.
| |
| |
Elke konfrontatie met anderen hoort inspirerend te werken, het is niet menselijk om anderen in de put te schoppen, het is menselijk anderen boven hun eigen problemen te verheffen. Het kan niet genoeg gezegd worden dat in elk mens twee ogen, een hart en een leven niet schuilgaan, maar zich openbaren, dat wij allen in het zelfde schuitje zitten, en gaat er één overboord, dan gaan wij allemaal.
| |
Mens schept problemen
Als het ons ernst is met de doelmatige funktie van de demokratie, dan weten wij dat het een allereerste taak is van die demokratie iets aan haar image te doen door zich in te zetten voor haar deelgenoten, door open oor te lenen aan de stemmen der misdeelden, door er, hier en nu, iets aan te doen. Wat dan ook, hoe vérstrekkender, hoe indringender, hoe beter. Hoe meer beweging, hoe meer geloof in de mogelijkheden van de samenwerking.
Ik heb geen pas- en panklare oplossingen, maar ik weet dat problemen niet hoeven te bestaan, omdat elk probleem uit de wereld geholpen kan worden door de mens, die zijn problemen ten slotte zelf heeft geschapen. Ik weet, kortom, dat alles kan. Waarom alles kan? Omdat het om ons aller toekomst gaat, een toekomst die in ons allen besloten ligt, al naar het beeld dat wij er uit vrije wil over kunnen vormen.
Laat het een hoopvol beeld zijn, een juist beeld, een schone spiegel, waarin het prettig is onszelf te herkennen en de vele anderen die met ons werken aan de totstandkoming van een betere maatschappij voor allen. Het is een voortdurend gevecht om de waarheid, soms kost het moeite te weten dat men leeft om vriend te zijn tussen vrienden, overal welkom, dat men leeft om te kunnen spreken over de dingen die na aan 't hart gaan, dat men
| |
| |
leeft om natuurlijk te zijn en niet onwaarachtig, dat men leeft voor zijn plezier, om van het leven te genieten, om vrede te zoeken en te brengen, in onszelf en anderen, om onszelf te zijn, om een voorbeeld te zijn voor anderen.
Als men door deze gevoelens gesterkt zo'n konferentie als deze bijwoont, weet men dat men niet voor niets leeft, dan mag ik ook zeggen te spreken namens degenen die hun stem niet kunnen laten horen, dan sta ik hier graag als delinkwent, als ketter, als non-konformist en buitenstaander.
Maar ik kan mijzelf niet buitensluiten, want het gaat niet om mij in dit spel, waarvan de spelregels telkens opnieuw herinnerd dienen te worden - want ik ben voortdurend doordrongen van het onomstotelijke feit dat niemand kan winnen en niemand verliezen.
Ieder heeft zijn eigen leven als inzet, in een lichaam te leen van geboorte tot dood. Een eigen keuze, voor ieder mens afzonderlijk. Een ja hier, een nee daar, een waarom, een waarom niet, een nieuwe ontmoeting, een ander initiatien. Kom je cel uit. Loop door de muren heen naar buiten. Tralies helpen niet voor een wonde. Een halve waarheid is een grote leugen.
Ik kan u niets vertellen wat u zelf al niet wist, ik breng het slechts onder woorden, ik ben geen deskundige, ik ben een dichter, d.w.z. ik hoop u dichter bij het geloof in uw eigen kracht en belang te hebben kunnen brengen. Ik dank u voor uw aandacht, ik sta geheel en al tot uw beschikking. Wát wij hier ook doen, het is slechts een deel van de schuld die wij kunnen delgen.
(Voorgelezen bijdrage op de conferentie van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werk Humanitas, 13 - 14 mei '66, georganiseerd in samenwerking met het Nederlands genootschap tot reclassering, gewijd aan De image van de misdaad en de veilige samenleving. Gepubliceerd in de N.R.C. van 31 mei en 3 juni '66)
|
|