vrije’ publiceert als onderschrift bij een foto van 7 vastende jongens en meisjes in Oxford:
‘Als bijdrage aan Nozemdiscussies wijzen wij erop, dat lange haren bij jongens en meisjes gevoelens van menselijkheid en opofferingszin niet blijken uit te sluiten.’
Alsof niet elke jongen met lang haar een anarchist is, omdat hij de (morele) autoriteit, geheten ‘comme il faut’ of ‘de macht der gewoonte’ niet erkent, omdat hij ouders, school, bedrijf trotseert - van binnenuit, zonder dat hij ooit van Domela Nieuwenhuis of Bakoenin heeft gehoord! Hij is geen anarchist uit overtuiging, nee - hij is het lichamelijk; het is zijn gedrag, zijn levenspatroon, zijn opvattingen. Hij rebelleert tegen de wijze waarop hij gedwongen is te leven, die van antraciet-grijs en de witte boord. Hij verkiest een gemeenschap waarin de vrije mens werkelijkheid is, op zijn vakanties, met zijn vrienden op de Dam, bij het Lieverdje, in ekstase juichend om wélke zanger dan ook, genietend van welke voetbalmatch dan ook, bevrijd van de schuld der ouderen, die hun leven aan banden legden: de zondagsrust, de winkelsluitwet, twee tv- en drie radio-kanalen, en éen grote angst voor morgen, van waaruit opnieuw de verschrikkelijkste afwijkingen bij die ouderen ontstaan.
In de kleuren-editie van De Telegraaf kan weer iemand roepen: ‘Liever oorlog dan crisis!’ Wishful thinking van de meest gevaarlijke soort, want de mens is inderdaad in staat zijn toekomst naar eigen beeld te scheppen. De utopiënbouwers nemen hand over hand toe, steeds groter wordt het aantal mensen, dat beseft dat zijn werkelijkheid verandert.
Tot de menselijke geest is doorgedrongen het besef van de vele eksplosies op allerlei terreinen: wetenschappelijk, menselijk, kommunikatief, en technisch. En psychologisch, of zelfs filosofisch. Voorbij het eksistentialisme en