Het hek van de dam
(1971)–Simon Vinkenoog– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 121]
| |
M | Op vleugels van kleuraant.Opgedragen aan Engel Verkerke Wie de ontwikkeling van de kommunikatie gadeslaat, zoals deze zich sinds de tweede en laatste wereldoorlog in de gehele wereld heeft gemanifesteerd, kan niet anders dan beamen dat méér mensen elkaar in deze jaren hebben ontmoet dan ooit tijdens het totale wereldgebeuren daaraan voorafgaand. | |
Een nieuwe beeldentaalEen, twee, binnenkort drie generaties zien zich gekonfronteerd met een overstelpende hoeveelheid nieuwe beelden, in velerlei vormen - afbeeldingen, verbeeldingen, waandenkbeelden, inbeeldingen, beeldspraak, beeldschoon beeldhouwwerk, een beeldenstorm in kleur en raster, offset en rotaprint - versnelde machinerieën; vergrote oplagen; nieuwe bind-druk-zetwijzen van boeken en drukwerken; een net van televisie-antennes dat de wereld omspant; toegenomen aantallen radio-zenders, op de korte en lange, klandestiene en regeringsbaan; wereldomroepen vol ontwikkelingshulp, scheepsladingen fabrieken rollen de nieuwe kontinenten binnen: zendstations bemand met opgeleid personeel, uitzendklare programma's, technicaliën en apparaturen - wie een schakel van vrije associaties aan het lopen zet rent met zijn gedachten de mogelijkheden van een toekomst binnen, waarbinnen kommunikatie niet langer een wonder, maar een alledaags verschijnsel is. | |
[pagina 122]
| |
Zon en kommunikatieDit nieuwe gegeven ontroert de mens eerder wanneer een verwarmende lentezon zijn handen en gezicht beschijnt - in dit gure en terneergeslagen klimaat aan de zee, waarvan de wind in alle talen spreekt. Van de nieuwe mens, die meer dan ooit de behoefte aan kommunikatie gevoelt, getuigen vele nieuwe feiten, die in de jaren vijftig nog niet, of slechts rudimentair bestonden. | |
Nowhere Man: de plastic tijdgenootOndertussen heeft het proces zich versneld; een ecologische benaderingswijze van de jeugdkultuur toont een geheel andere wereld dan die van de dagbladlezende middenstander van middelbare leeftijd die alomme (geheten Publieke Opinie, Abonnee, Lid, Kiesgerechtigde) de vergane touwtjes van een geatrofieerde samenleving nog in handen heeft. Hij ziet niet, nee hij is inderdaad de door de Beatles bezongen Nowhere Man, zijn Amerikaanse broer heet Mr. Jones, and you don't know what it is, do you Mr. Jones? Meneer Jansen dan is de plastic tijdgenoot, die zich laat leven en geleefd wordt, nergens is, inplaats van te vechten voor de vrijheid zélf te mogen leven, dus érgens is. Hij zou niet durven vechten, meneer Jansen, want hij wil dat zijn auto minstens zo groot is als die van de buurman, en heeft zijn vrouw niet een kleurentelevisie op haar verlanglijst staan, en wordt er niet gespaard voor, - hij is een niet-bestaande imaginaire tijdgenoot; hij die zich aan de ene kant tracht te vrijwaren voor veranderende indrukken van buiten, die zijn komfortabel beleefd bestaan kunnen doen wankelen, kan aan de andere kant niet langer ontkennen dat zijn eventuele gemoedsrust maar een zeer schijnbare is; zijn televisie toont hem - misschien aan zo'n | |
[pagina 123]
| |
lopende band, dat nieuwe afweermechanismen ons immuniseren - elke dag opnieuw de verschrikkingen van het slagveld, de doffe ellende van hongersnood en de wanhoop van verdrevenen. | |
Moed noodzakelijk voor vredeEr is moed voor nodig om de feiten onder ogen te zien: namelijk dat een veranderende levenshouding een noodzakelijke vereiste is; de mens in het westen kan niet langer stilzwijgend, medeplichtig, blijven toekijken hoe de wereld de wrange vruchten plukt van de boom die hij zó geplaatst heeft, dat voor anderen de zon niet schijnt... Hoe die veranderingen zo te doen plaatsvinden, dat geen bloed, of zo min mogelijk bloed vloeit, is een open vredes- (geen strijd)vraag. Het is namelijk helemaal geen wet van Meden en Perzen, dat de wereldrevoluties die zich op dit moment afspelen, bloed moeten doen vloeien: men hoeft niemand ter wereld iets te ontnemen, om iedereen genoegzaam van voedsel en leeftocht te voorzien - het is - wetenschappelijk bewezen! - slechts een groot kommunikatie-probleem, dat de oplossing van huidige wereld-noodsituaties in de weg staat. Honger. Een ziekte. Oorlog: een ziekte. Iedereen kan dit persoonlijk onder ogen zien - het is een kunst, kunde en wetenschap die aan het ontstaan is: toekomstkijken. Wellicht wordt dit escapisme genoemd - deze vlucht naar voren - door de velen, die politieke oplossingen eerder haalbaar zien dan technisch-filosofische overwegingen gerealiseerd. Niettemin kan niemand zich onttrekken aan de vraag, of hij zich bij deze gedachten betrokken voelt, zonder zich schuldig te voelen. Deze schuld uit de wereld te ruimen, dit gevoel van machteloosheid ook, dat velen van onze medeburgers bekruipt, | |
[pagina 124]
| |
het gevoel niet opgewassen te zijn tegen de overweldigende drang van buitenaf, die normalisaties gelast waardoor steeds meer mensen tot robots vervormd dreigen te worden - het is een taak, die ondernomen wordt. | |
Het kreatieve produktie-apparaatWant van hier af versnelt de loop van dit verhaal. Wetenschap is ook maar een vorm van poëzie. Deze uitlatingen zijn extra-curriculair, behoren zogezegd tot geen enkel ander leerprogramma dan die van de gewaarschuwde mens (die tot twee kan tellen, en terug). De nieuwe mens trekt aan je, beluister zijn muziek. Zoek je inwijdingen voor het gebied van de nachtmerrie, de jungle-strijd? Wend je tot Dr. John the Night-Tripper, leg je oor te luisteren bij Arthur Brown & His Crazy World! Vraag Jimi Hendrix om zijn Experiences in Electric Lady-Land! Laat je versieren, pavoiseren, benaderen! Wie leert wennen aan zijn fouten, vergeet ze. Laat je voortdurend verrassen. Verander de kleur van je kamer. Je omgeving. Je vrienden. Je wereld. Laat de zon eens door een spiegel vallen, en terug. Heb je nog geen rood en groen, roze en lila, aan de wand? Wat doe je dan met je ogen? Ter ere van een nieuwe kunstvorm: je eigen ogen. Heb je nog nooit door die lange gang gelopen, en opeens begon het affiche naast je tegen je te knipogen? Terwijl je je jas pakte, je oog afdwaalde, je gedachten elders waren? Toen je je liet gaan. Ze hebben het op jou gemunt. Ze moeten jou hebben. Voor elke smaak een andere keus. Voor elk mens een andere keus. De keus wordt steeds groter. | |
[pagina 125]
| |
Glorie: de mens verveelvoudigdJe kunt Paradiso en Fantasio binnenlopen, je kunt gaan reizen en verre verhalen van vreemde landen en volkeren vertellen (‘My Eyes Have Seen The Glory’ proklameert een poster in mijn huiskamer) - maar heb je al leren kijken en luisteren, vrienden? Heb je, echt waar, alles al gezien? Kom dan nog eens kijken, naar de affiches op mensenformaat. Dit hier zijn maar postzegels, kleine afbeeldingen van de realiteit, reprodukties die je herinneren aan wie je bent. Hang je huis vol met Mao, Che, Fidel en Leo of Karl, en vraag je af wat ze je te zeggen hebben. Het gaat niet langer om kapitalisme of kommunisme, het gaat om broederschap. Weet je dat elk affiche je herinnert aan de mens? De esthetische mens. De erotische mens. De spelende mens. De zingende mens. De dichtende mens. De verrekijkende mens. De sterrekijkende mens. De geïntrigeerde mens. De verontruste mens. De hoopvolle mens. De mens met humor. De mens met radeloos vertrouwen. Stil, zegt het affiche je: kijk, hier ben ik. Vlieg met me mee, op of in. Ik behoor tot jouw wereld, schoon en afgrijselijk, begrijpelijk en eeuwig, absurd en waanzinnig - waarom toch jezelf vastleggen? | |
Weet je, dat...?Weet je dat er een revolutie gaande is, die zich vertaalt en afspeelt in kommunikatie-media? Weet je dat de aankleding van je huis weergeeft wie je bent? | |
[pagina 126]
| |
Je mag best veranderen, weet je wel: niemand weerhoudt je ervan om een kollektie affiches te vormen, zoals je ook postzegels en grammofoonplaten verzamelt, naar genre, kategorie, land van oorsprong. Je muren kunnen altijd schoon blijven. Weet je dat je je eigen affiches kunt maken? Weet je dat meer kleur in je leven het leven in je omgeving veraangenaamt? Weet je dat je bent geschapen om lief te hebben? Alles, tot in het oneindige. | |
Uit de autobiografische speeltuinIk bezing het affiche, dat ik in 1946 begon te verzamelen - een kollektie van meer dan tweehonderd platen raakte ik tijdens een verhuizing vanuit het voormalig ouderlijk Amsterdams huis kwijt; ik woonde in Parijs, was niet ter plaatse, ach en wee, hoera! - nadat ik gemerkt had hoe toeschietelijk reisbureaus en informatiecentra waren, als ze een nette brief van je kregen. Ik weet niet of dat nog zo is, in elk geval had ik binnen enkele maanden voortdurend reden met kloppend hart de postbode tegemoet te zien: kokers affiches kwamen mijn huis binnengerold: vanuit Zwitserland, Polen, Tsjechoslowakije, Frankrijk, Italië. Als veel van mijn vrijetijdsbestedingen verging mij de tijd, slokten mij serieuzer spelen op, werd ik weggelokt, van de uitgebreide speeltuin der onder-twintigjarigen. Godzijdank, ik ben weer jong. | |
Een oogopslagVerzamelen geblazen. Ik ging rond, je nieuwsgierigheid kun | |
[pagina 127]
| |
je op zoveel verschillende manieren bevredigen, houd je neus levendig, er komen dagelijks nieuwe beelden onder je ogen, dit zijn hele oude, en hele nieuwe, opnieuw verwoord, voor het eerst ontstaan. Vergroot dit en kijk, luister, aandachtig: je bent het zelf. Leve de demokratie van het oog. Leve de politiek van het bloed. Leve de sociologie van het ontroerende ogenblik. Leve de psychologie van je hart. Leve het leven. Voor een engel geschreven, door een engel ingeblazen - ik kwam haar voor het eerst tegen op een affiche.
(april 1969) |
|