| |
In den strik gevangen.
De adjudanten Bester, Redelinghuis en J. Viljoen hadden order gekregen om zich zooveel mogelijk in khaki te kleeden, naar Dullstroom te gaan en naar de familie Steenkamp te trekken om zich daar als Engelschen voor te doen en te zien of dezen zich vrijwillig wilden overgeven en zich stellen onder de Britsche vlag. Doordat het Engelsche kamp zoo dicht bij Dullstroom stond, zouden zij er zich volstrekt, niet over verwonderen, als er eenige Engelsche officieren bij de kerk te Dullstroom opdaagden; want volgens informaties, die wij bekomen hadden, hadden de Steenkamps reeds aan de Engelschen laten weten, dat zij hen daar opwachtten om zich over te geven. Bester stelde zich zelf voor als Kolonel Bullock, Redelinghuis was Jack en Viljoen heette Cooper en was de tolk. Tegen
| |
| |
negen uur in den avond kwam dit trio bij de kerk te Dullstroom aan. Het was reeds alles donker in het gebouw en de bewoners waren reeds gaan slapen. Cooper, de tolk, klopte en de deur werd geopend door een jongen van der Nest, die met zijn broeder dien nacht daar sliep en er den avond vóór het gevecht was aangekomen. Cooper zei: ‘Goeden avond! Is mijnheer Steenkamp thuis? Hier is een officier, die den heer Roux wilde spreken. Mijn naam is Cooper.’
Van der Nest werd doodsbleek, stapte snel het huis binnen, en stamelde: ‘Oom Jan, daar is mensen bij die deur,’ en zijn broeder wekkende, zei hij: ‘Hemel, jong, hier die Engelsen,’ en beide broeders sprongen half gekleed de achterdeur uit met achterlating van hun schoenen en jassen, en kozen het hazenpad. Deze twee waren vechtende burgers. De zwager van de Steenkamp's, dien ik maar Roux zal noemen, kwam te voorschijn; maakte een nederige buiging en zei met een glimlach op het gelaat: ‘Good evening, Sir.’
Kolonel Bullock (Bester) antwoorde: ‘Good evening,’ en zich tot Cooper, den tolk, wendende, voegde hij er bij: ‘Tell Mr. Roux, that we have got information about him and his friends in here wishing to surrender; (Zeg tegen mijnheer Roux dat wij bericht gekregen hebben, dat hij en zijn vrienden, die hier zijn, zich wenschen over te geven,) maar eer Cooper dit begon te vertalen zei Roux: ‘Oh, I understand you, Sir, quite right. Myself and my brothers-in-law have been waiting for an opportunity for twelve months and we are so thankful for the relief that's come at last.’ (O, ik versta u heel goed, mijnheer; ik en mijn zwagers hebben nu al 12 maanden op een gelegenheid gewacht en wij zijn zoo dankbaar dat de bevrijding eindelijk gekomen is.)
Colonel Bullock, ferm: ‘Ah, I see; call your friends all out, please.’ (Ah, ik begrijp het, laat uw vrienden allen hier komen.)
| |
| |
Roux maakte een nederige buiging, salueerde, trippelde het huis binnen, en kwam spoedig weder terug met zijn drie kameraden, die met uitgestrekte handen op Kolonel Bullock toeliepen. Deze gaf hun echter niet de hand; doch beantwoordde even hun groet met een korten knik.
Kolonel Bullock: ‘Are these men able to speak English?’ (Kunnen deze mannen Engelsch praten?)
Roux, die nu de voorman speelde, antwoordde: ‘No, Sir.’
Kolonel Bullock: ‘Ask them whether they are willing to surrender voluntarily to His Majesty the King of Great Britain?’ (Vraag hen of zij bereid zijn, zich vrijwillig te onderwerpen aan Z.M. den Koning van Engeland.)
Toen dit vertaald was, riepen zij in koor: ‘Ja, alsteblief toch, ons is zoo blij.’
Roux sprak nu names de anderen: ‘Sir, we have been waiting long for a chance to surrender, but the Boers watched us so closely that we could not get through with our families and cattle. We have not been fighting against you, Sir.’ (Mijnheer, wij hebben al lang op een gelegenheid gewacht om ons over te geven, maar de Boeren hebben zoo streng de wacht over ons gehouden, dat wij met onze families en ons vee niet konden doorkomen. Wij hebben niet tegen u gevochten, mijnheer.)
Kolonel Bullock: ‘Allright, fetch your arms and deliver them up to my men.’ (In orde, haal uw wapenen en geef ze aan mijn mannen).
Het geheele spul liep het huis of de kerk in en daagde op met hun Mausers en bandelieren, die zij aan de nagemaakte Tommies overhandigden. Kolonel Bullock deed alsof hij aanteekeningen maakte in een zakboekje, om zichzelf nog meer den schijn van echtheid te geven. Men stelle zich voor: 't Was in den nacht en er was geen licht en toch schreef hij. Toen de geweren overhandigd waren, zei Roux tegen Kolonel Bullock: ‘Sir, can I please retain this revolver as there are a few Hollanders in a little hut down here, who said, they will shoot me if I
| |
| |
surrender, and you know, Sir, it is these Hollanders who are urging on the Boers to fight. That's why the war goes on. Why don 't you go now and catch them? I will show you where they are.
(Mijnheer, mag ik deze revolver houden; er wonen hier een paar Hollanders in een kleine hut. Zij hebben gezegd, dat zij mij zouden doodschieten als ik mij overgaf en u weet, mijnheer, dat het juist deze Hollanders zijn, die er bij de Boeren op aandringen om te blijven vechten. Dit is de reden waarom de oorlog voortduurt. Waarom gaat gij hen niet halen, ik zal wel wijzen waar zij zijn.)
Col. Bullock: ‘Allright, keep the revolver, I will have the Hollanders early to morrow.’ (In orde, behoud de revolver, ik zal de Hollanders morgen vroeg wel krijgen.)
Roux, zenuwachtig: ‘Sir, you should be carefull, Ben Viljoen is just down here at Witpoort with a commando and a pom-pom.’
(Mijnheer u moet voorzichtig zijn; want Ben Viljoen is met een kommando en een pom-pom te Witpoort.)
Col. Bullock, verwaand: ‘Be at ease, my columns will be round him early and he will not get out this time.’
(Maak je maar niet ongerust, mijn kolonnes zullen hem spoedig omsingeld hebben en ditmaal zal hij niet ontsnappen.)
De vrouwen kwamen nu uit het huis en sloten zich bij het gezelschap aan. Zij klapten in de handen en riepen: ‘Ach, hoe blij is ons o'r die verlossing. Jannie’, - dit was de voornaam van Roux - ‘vraag voor die officier of hij toch niet wil inkom nie en iets met ons gebruik, thee of koffie.’
Dit werd col. Bullock vertaald en hij bedankte hartelijk. Een der vrouwen zei: ‘Is dit nie straks Ben Viljoen ze mensen wat ons kul?’ Roux antwoordde: ‘Stil vrouw, wat weet jullie vrouwmensen, kan jullie niet zien nie dis een hooge Engelse officier’; waarop het geheele gezelschap weder in vreugdebetoog uitbarstte.
| |
| |
Col. Bullock sprak nu: ‘Mr. Roux, I will take your cattle and sheep with me for safety-sake.’ (Mijnheer Roux, ik zal uw vee en uw schapen veiligheidshalve meenemen); waarop Roux twee zijner kameraden zond om al het vee uit de kraal te halen en aan de twee nagemaakte Tommies af te geven. Er zou zelfs een kaffer meegaan om het vee aan te jagen tot bij het Engelsche kamp.
Col. Bullock vroeg aan Roux: ‘Will you be prepared to join us and show us, were these small lagers of the Boers are?’
(Ben je bereid om met ons mee te gaan en ons te wijzen waar deze kleine Boerenlagers zijn.)
Roux: ‘Oh, yes, Sir, I will, but you must please not put me in dangerous places.’
(Zeker, mijnheer, maar breng me als 't u belieft, niet op gevaarlijke plaatsen.)
Col. Bullock: ‘That's allright. Now Mr. Roux, when shall I send wagons for the families and how many will be required?’
(Het is goed. Mijnheer Roux, wanneer zal ik nu de wagens zenden voor de gezinnen en hoeveel zullen er noodig zijn.)
Roux: ‘Thanks Sir, it is so cold tonight, you better send them in the morning. There are 4 families, so please send 4 wagons.’
(Dank u mijnheer, het is zoo koud van avond, 't zou beter zijn als u ze in den ochtend stuurde. Er zijn families, zend daarom als 't u blieft ook 4 wagens.)
Een van de Steenkamps vroeg nu, wat de geachte officier zei, waarop Cooper alles vertaalde en Steenkamp hernam: ‘Vraag die officier of ons zeker die wagens morgen vroeg kan verwag.’ Col. B. antwoordde: ‘Zeker’; waarop Steenkamp zei: ‘Ons zal vannag alles oppak en morre bij zonop gereed zijn om saam te gaan, en ik hoop, ons zal morre whisky kan saam drink in die Engelsche kamp.’
Col. B.: ‘Allright, I will be pleased to see them. Now,
| |
| |
please ask them whether they have any valuables or money, than I will take it for safety.’
(Goed, ik zal blij zijn hen te zien. Vraag hun nu of zij ook kostbaarheden of geld hebben, dan zal ik dit veiligheidshalve meenemen.)
Maar hier werd het oude gezegde bewaarheid: Klop liever den Boer op zijn hart dan op zijn beurs; want in koor antwoordden zij: ‘Dankie Mr. Officer, ons het al voorzorgen gemaak voor ons geld; dit is zoo goed weggesteek dat die Boeren dit niet zal vind nie.
Col. B.: ‘Well good-night, all’. Cooper en Jack groeten de dames heel intiem en tikten haar op de wangetjes, en de dames lachten: ‘Loop, jullie stoute Tommies.’ Allen riepen tegelijk uit: ‘Good-night, officer!
De colonel op zijn groot lomp Engelsch paard met zijn commando van twee man wilde nu zijn slachtoffers even trotsch verlaten als hij gekomen was; hij en zijn mannen gaven dus hun paarden de sporen, zoodat de dieren, met hun kop spelend, draafden, schijnbaar zich verheugende over de aanwinst der familie Steenkamp. Het paard van den kolonel struikelde over een bos los doorndraad, dat noch de arme kolonel, noch zijn paard hadden zien liggen Het dier viel en de kolonel lag op zijn kniëen en ellebogen. In dit hachelijke oogenblik kon hij helaas een hollandschen vloek niet terughouden; maar eer hij tijd had meer in het Hollandsch te spreken, wat hem misschien zou verraden hebben, liepen al de Steenkamps toe en met tal van betuigingen van sympathie hielpen zij ‘Mr. Officier’ op zijn paard; terwijl den broek en de rijstevels van den kolonel met hun zakdoeken werden afgeveegd.
Wij vroegen Col. Bullock (Bester) later tergend of het een deel van het comediespel was om zoo met zijn paard acrobatische toeren te maken; waarop hij ten antwoord gat: ‘Ja, dat is eigenlijk echt Engelsch, en dan ook het sterkste bewijs voor de Steenkamps geweest dat zij met Engelschen en niet met Boeren te doen hadden.’
| |
| |
Den volgenden morgen kwamen de drie adjudanten in het lager aan met vier nieuwe Mausers en elk met 100 patronen, ongeveer 300 schapen en beesten en een flinke pony. Wij hadden dus al het genot en de Steenkamps al het nadeel van dit comediespel. Dienzelfden morgen nog zond ik veldcornet Young met eenige manschappen om het dappere kwartet in arrest te nemen. Toen de veldcornet bij hen kwam, vond hij hun boeltje opgepakt en hen zelf met angst uitkijkend en wachtend op de wagens, die kolonel Bullock zou zenden. Het was natuurlijk een mooi tableau, toen het gordijn opging en in plaats van een Engelsch, een Boerenofficier voor hen stond met een breeden glimlach op het gelaat. Zij hadden vele verontschuldigingen en uitwegen; o.a. dat zij den vorigen avond omsingeld waren in de kerk door een dertigtal menschen met sabels en lansen, die hen met den tromp van het geweer op de borst tot overgave gedwongen hadden. Een van de vier, die den vorigen avond zoo fijn getrippeld had voor een Engelsch officier, - zooals hij tenminste dacht - was nu zoo krank dat hij den veldcornet een twintigtal certificaten van doktoren en oude vroedvrouwen toonde, allen verklarende dat hij aan een hartkwaal, een nierkwaal, en tering leed. Hij maakte het zoo erg dat de veldcornet hem niet arresteerde en slechts de drie anderen medenam. Dezen werden voor een krijgsgericht gebracht en, ik geloof, tot drie maanden harden arbeid veroordeeld; terwijl al hun goederen gekonfisceerd werden. Twee dagen daarna was het Engelsche kamp te Dullstroom en werd de zich ziek houdende Steenkamp meegenomen naar het Engelsche kamp, waar ook de vrouwen werden heengevoerd, zoodat zij dan toch ten slotte werkelijk verlost waren. |
|