Prikkel-idyllen. Deel 1
(1926)–Cornelis Veth– Auteursrecht onbekend
[pagina I]
| |
Prikkel-idyllen III | |
[pagina 1]
| |
[pagina 2]
| |
Hoe levendig schildert het de zielesmart, waar een bekoorlijk burgermeisje aan blootstaat, te laat inziende, de speelbal te zijn geweest, van iemand met eerlooze bedoelingen! NELLA, DE SCHOONE NOODHULP, onze heldin, vertoeft als zoodanig op het kasteel Zwartburg, maakt daar kennis met den graaf, wordt door de mooie praatjes van dezen man van hoogen afkomst, doch verdorven gemoed, om den tuin geleid, ziet zich vervolgens verdacht van een afgrijselijke misdaad en slechts ternauwernood aan een smadelijken dood ontrukt! Wie leeft niet mede met het lijden dezer VROUW UIT DE VOLKSKLASSE! zoo snood bejegend door een EERLOOS EDELMAN!! welke laatste misdaad op misdaad stapelt, zich over lijken een weg banend naar een onmetelijk fortuin, gelukkig evenwel met de gerechtigheid op de hielen? Aangezien Nella's eerroover e.a. voor geen misdrijf, hoe verregaand ook, terugdeinzen, wordt voor de grootst mogelijke verscheidenheid van hoogst dramatische voorvallen ingestaan! Niet eerder zult gij als weldenkend mensch dit boek dan ook terzijde leggen, dan nadat gij alle bijzonderheden omtrent Nella's schokkenden levenswandel hebt leeren kennen! |
|