Brieven uit de oorlogsjaren aan Theun de Vries

31

[GROOT NEDERLAND]
[redactie]

Doorn 13-9-'41

Beste Tjalling,

Daar ik de M's adres kwijt ben,⁵³ gaat het maar met een omweg. Schrijf me eens hoe het ermee staat. Met mij niet zoo best. Ik had den laatsten tijd al eens last van mijn maag, en het is nu van dien aard geworden, dat ik mijzelf rust heb voorgeschreven, met de daar bij behoorende maatregelen. Daar ik vroeger al eens voor een maagzweer behandeld ben, - in mijn studententijd, maar zooiets kan na jaren terugkomen, - betracht ik liever voorzichtigheid. Na mijn brief over de oogen zal ik nu overigens maar niet over de magen uitweiden; en alarmeerend is het voorloopig ook niet. De gedwongen rust heeft nog het voordeel het voorbereidende werk voor den roman stop te zetten. Ik had die voorstudies tot in het belachelijke uitgebreid, waarschijnlijk om mijzelf het werken aan iets, waarvan ik niet zeker weet of het zal kunnen verschijnen, onmogelijk te maken! Trouwens, uit mijn voorlaatste brief heb je wel kunnen opmaken, dat het mij allang de keel uithing. Verder weinig nieuws. De cultureele zaak⁵⁴ staat er niet zoo best voor, naar de geruchten te oordeelen. Vooral mijn publicaties schijnen gevaar te loopen, hetgeen na het ‘bezoek’ ook wel te verwachten was. Enfin, zoolang het bij een gedwongen vacantie blijft, heb ik er vrede mee.

Hart. gr. van je

Simon

53 De dichter Johan de Molenaar in Utrecht, met wiens stiefdochter ik destijds een intieme vriendschap onderhield. Zijn adres was tevens een kontaktpunt voor korrespondentie.

54 De kwestie van de Kultuurkamer.