Gestelsche liederen
(1949)–Simon Vestdijk– Auteursrecht onbekend
[pagina 330]
| |
Grijs en bruinaant.In windselen van rook en dampig licht
Verdween elk vergezicht,
Windselen zonder kleur of gewicht.
Druipend van werkzweet staan
De bruine paarden in de kastanjelaan
Of zij nooit meer heen zullen gaan.
Laat hen maar: zij geven niet
De toon aan die in dit landschap gebiedt:
Om niet te bestaan ook als men 't ziet.
|
|