Het zwaardjaar(1916)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 7] [p. 7] In weerstand [pagina 9] [p. 9] De verwoesting van Wezet De boomen donkerden: de nacht Was ster-doorstraald, maar de eene ster Die de andren blindscheen door haar pracht, Laag hangende op de kim, was Jupiter. Zie neer, godlijk gesternt, nu Venus schuilt, Nu Mars met roode gloeden zonk in 't koorn. De fakkels branden, langs de huizen huilt De trapplende barbaar, dronken van angst en toorn. De vlammen laaien: 't dorp in vuur. De vrouwen: grijze en moeder en maagd Zoeken de grens; hun laatste uur Wachten de mannen straks eer 't daagt.... [pagina 10] [p. 10] Zie neer, gesternt, straal op de moord, Straal op de ellende: ons reiken richt Zich enkel naar uw straal die heerscht en boort, Zich enkel naar uw zegevierend licht. Vorige Volgende