Persephone en andere gedichten(1885)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 39] [p. 39] Rouw om het jaar. aan F. van der Goes. Maanden komt, brengt bloemen aan, De lucht is bleek met de laatste maan, En het jaar, het jaar is dood! Het jaar is een koud, dood man in huis, En ik wil het begraven met zang en geruisch Van vallende bloemen..... Het jaar, ach 't jaar is dood!.... Blijde maanden van 't doode jaar, Vollegt zachter achter de baar Dan toen gij volgdet na elkaar, Armvollen dragend van blijde bloemen.... Eerste en laatste maanden, treedt [pagina 40] [p. 40] Langs de baar met sleepend kleed - Uw preev'lende lippen noemen Spelend den naam van 't jaar - Ach, 't schoone jaar is dood!.... Maanden, die als maagden zijt, Strooit rondóm hem bloemen en kruid, - Hij was een schoon, groot man in zijn tijd, Draagt hem met zangen en klagen uit!.... Bloemen liggen om 't schoone hoofd, Bloemen over de baar - Maar het licht, ach het licht is gedoofd In de oogen van 't doode jaar. Gaat nog eenmaal rond de baar, Komt dan weêr.... Ziet nog eens naar 't doode jaar, Dan niet meer..... Zoete Mei, die altijd lacht, Ween niet meer met hangend haar - Gij zijt de schoonste van ieder jaar, Ween niet meer, maar wacht: Wacht met uw zusters ter wederzij, Hand in hand: [pagina 41] [p. 41] Ik hoor op mijn drempel gelach en gevlei: 't Is het nieuwe jaar en de blijde Mei Wenkt het met bloemen naderbij - De koude maand schuilt weg aan den wand: 't Nieuwjaar gaat háar voorbij.... Oudejaarsavond '84. Vorige Volgende