te zien met zijn schip vol goud, en vogels en vruchten en kleurig-gekleede Indianen. Hoe hij zoo, alsof hij zelf een koning was, ging zitten naast den koning van Portugal en reed tusschen eerbiedige ruiters. O, die éene man, toen hij in Spanje was! Dat gaan door het land, waar ver vóor hem uit, op de hoogten, de vuren seinden dat hij kwam; waar de lucht op het land éen gedreun werd van luiden van klokken en kanongebom. Toen hij kwam bij Barcelona, te paard, in 't midden van ruiters, met knechten, die goud droegen en vogels en vreemde zaken, gevolgd door zes Indianen, versierd met gouden tooisels, en kroontjes en kleurige veeren, toen waren de straten en de stad, ja de hemel niet te zien van het volk, dat zich drong voor hem uit en om hem heen, dat van vensters, balkons en daken, neêrhìng als een juichende wolk. De adel van Castilië en Arragon ging achter hem aan in den optocht naar 't paleis van Isabella en Ferdinand. En de vorsten stonden op uit eerbied, toen hij binnenkwam, en aarzelden of het wel passend was zich de handen te doen kussen door hèm.
Het is beroerd dat hij later ongelukkig werd. Vooral vindt men dat verdrietig als men hem behalve uit zijn plannen en daden, ook een beetje kent uit de brieven, die hij geschreven heeft. Daaruit voelt