Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De nieuwe tuin (1898)

Informatie terzijde

Titelpagina van De nieuwe tuin
Afbeelding van De nieuwe tuinToon afbeelding van titelpagina van De nieuwe tuin

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.40 MB)

ebook (2.92 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De nieuwe tuin

(1898)–Albert Verwey–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 102]
[p. 102]

XV.

 
Namiddag. 't Was altijd de stille stond
 
Waarin 't dagleven ebde en men in droge
 
Ondiepte, of ver in zee op top van hooge
 
Zandbank over zichzelf de waarheid vond.
 
 
 
Dat is de tijd dat Pan slaapt en de Nymfen,
 
De vogel slaapt en 't wild gedierte in 't bosch,
 
Zaad spat uit buis, noch vrucht uit bolster los,
 
Libel noch mug ontpopt uit larve of limfen.
 
 
 
Ik zat dan uur aan uur in hoog vertrek,
 
En las, en luisterde of zich niets liet hooren.
 
Is 't ruischen nu als zeeschelp vlak aan de ooren?
 
Dan ver koraal dat mij tot daden wekk'? -
 
 
 
En elken dag hernam het daaglijksch leven
 
Zijn loop en voerde me in zijn cirkel mee.
 
En elken dag weer 't ruischen van die zee
 
En ver heraut die 't schoon signaal kwam geven.
 
 
[pagina 103]
[p. 103]
 
Op 't laatst vernam ik den deun van 't ruischen wel,
 
En als een stem van d' andren oever schallend
 
Weerklonk de maning die mij aarzloos vallend
 
Van wal in boot, voerde naar 't levens-spel.
 
 
 
En meengen zang en kamp van fiere maten
 
Bestond en vierde ik, en triomf-geschrei
 
Weergalmde uit schoonen mond en vrienden-rei,
 
Vrienden en schoonen die daar aêmloos zaten.
 
 
 
Maar spel werd ernst toen met een zilvren stem
 
Wedijvrend speeltuig werd misbruikt als wapen.
 
Onze eedle snaren sprongen aan de slapen.
 
Hij schreide en toornde en ik beschimpte hem.
 
 
 
Toen keerde ik heen en door mijn landen dwalend
 
Zocht ik mij vrede en vond hem nimmermeer.
 
Toen kwam ik hier in mijn namiddag weêr -
 
Van zeeëbergen kwam een ruischen dalend.
 
 
 
Zijn stem gelijk klonk stralend aan mijn oor.
 
Van de oude liedren klonken de oude maten.
 
Ik greep de harp die 'k eenmaal had verlaten
 
En hief mijn stem op in 't beminde koor.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken