De nieuwe tuin(1898)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 7] [p. 7] III. De zee staalblauw, de hemel blij, De duinen blond, - Mijn hoofd vol warme droomerij Zoenen mijn voeten grond. En, 't zilvren schuim in sprenkels rond Zijn zeil dat helt aan lij, Danst over bodemloozen grond Een kiel 't stil strand voorbij. Schipper, waarheen? Ik vaar zoo graag Meê op uw lustge zee - De wind, de wolken varen staag: Wat drijft dragen zij meê - Ik enkel, zomermiddags, traag, Droom: o, drijve ik eens meê... Vorige Volgende