De kristaltwijg(1903)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 94] [p. 94] IV De beelden van de taal zijn dor - Zij drukken 't hart niet uit Dat staag door eigen beelden spreekt: Een traan, een zacht gemor. Nu zoekt mijn oog geen ster, geen zee Waarop ik veilig drijf, Diep in mijzelf is 't of een nacht En eindloosheid me omgleê. En veilig voel 'k, warm en bemind, Zorgvrij en toekomstrijk, Als 't zaad dat kiemt in zwarten grond, In moederbuik het kind. Vorige Volgende