De kristaltwijg(1903)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 26] [p. 26] De Vogelaar De vooglaar lokt met zoet gefluit Het vogeltje zijn twijgen uit: Hoor niet naar hem, hoor niet naar hem. Het hongrend volk in leidsche vest Herhaalde 't staag, verstond het best - Hoe valscher woord, hoe zoeter stem. Zij gingen bleek en mager om En hoopten dat het water klom Waarvoor de Spanjaard ruimde en week, En wie hoog stond en helder keek Zag Boissots platgeboômde vloot - De Prins was daar: haring en brood En wapens wachtten voor dien dijk -, [pagina 27] [p. 27] Tot 's morgens eens de schans was leeg, De hutspot dampte in 't ijzren vat, (De jongen wuifde), elk liep en, kijk! De vloot voer aan, het water steeg En bracht de hulp vóór stad. De vooglaar lokt met zoet gefluit Het vogeltje zijn twijgen uit, Hoor niet naar hem, hoor niet naar hem. Botha die bij Colenso vocht, Zoo list ooit sterkheid overmocht Schuw 't valsche woord, schuw zoete stem. Toen Cronjé in de donga stak En bom en walm rondom hem brak - Tien dagen duurde 't spel - Toen was zijn weerstand als van leeuw Die sterft maar met zijn laatsten schreeuw Klauwt in gebeente en vel Zijns overwinnaars, dat die zeer En murw door zulk een tegenweer Zich klein voelt, alzoowel [pagina 28] [p. 28] Alsof hijzelf geslaagne waar', - En toen dacht elk die 't zag: voorwaar, Als één leeuw zulke wonden slaat Hoe dan als 't tegen leeuwen gaat? Van dien dag stond mijn hoop en steeg. En drong hun heir uw volk terug, De vastheid van uw hart verkreeg Den rang van bolwerk in den rug Van al wie voor zijn vrijheid vocht. Een heel jaar ging en vruchtloos zocht De vijand in 't bezette land Vrede door moord en brand. Uw grens werd wijder dan ze was, Zijn zwaard vertrouwt zichzelf niet meer, Zijn mond leert nu den loktoon weer, Hoor niet naar hem, hoor niet naar hem. Uw land is 't uwe en alzoolang De vrijheid als gijzelf ze omvang' In 't hart dat eens Spioenkop nam - Hoor wat een dichter van uw stam [pagina 29] [p. 29] Voor u herhaalt, spreuk van ons ras: - De vooglaar lokt met zoet gefluit Het vogeltje zijn twijgen uit: Hoe valscher woord, hoe zoeter stem. Vorige Volgende