12
Max lag plat op zijn rug in een extra groot bed, de deken opgetrokken tot zijn kin. Hij had zijn ogen dicht.
‘Grootmoeder, wat hebt u een grote oren’ zei ik.
‘Ja lul, dat is om jou beter te kunnen horen.’
‘Grootmoeder, wat heeft u een grote kin.’
‘Hou op.’ Hij deed zijn ogen open en kwam meteen terzake.
‘Hoor es, het spijt me heel erg maar er moeten een paar dingen gebeuren. Over een week ben ik weer in orde.’
Hij overhandigde me een velletje met vier dringende kwesties en een waslijst van kleine dingen waar ik ook even naar kon kijken om mijn tijd te vullen. Anders zat ik me toch maar te vervelen en tijd en geld van de firma te verstoken.
Al lezend begreep ik waarom het onmogelijk was zijn agenda een week op te schuiven en mij in Florida te laten. In de reisboekensector was opstand ontstaan over de noodzakelijke bezuinigingen, met Novum moest deze week een principeovereenkomst rondkomen voordat hun topman met vakantie ging, er was een rechtszaak over het ontslag van een redacteur, en de optie op een licentie-uitgave van een Engels gezondheidsblad moest al dan niet verlengd worden.
‘Ja, dit houdt me wel een uurtje bezig,’ zei ik, ‘wat mankeer je eigenlijk dat je daar een peperdure topper voor uit Amerika laat overvliegen?’
‘Verdomde artsen. Kom je binnen voor een eenvoudige hersenschudding, gaan ze allerlei dingen afchecken. Er is iets mis met mijn bloeddruk en hartslag zeggen ze, maar misschien is het toch wel normaal. En ik heb een beginnende maagzweer, schijnt. Onzin.’
‘Ik heb altijd al tegen je gezegd dat je vertrouwelijke stukken niet moet opeten, maar gewoon in de shredder doen. Het stond laatst nog in Management Team, papier en inkt zijn killers.’
‘Er zijn apparaten...’
‘Nee, die zijn er niet, ik maakte een grapje.’
Ooit had ik geopperd dat als er apparaten waren die vertrouwelijke documenten in kleine reepjes sneden, er ongetwijfeld door geheime diensten apparaten bedacht zouden worden die die reepjes volgens een contrasysteem weer samenvoegden tot documenten.
Sindsdien scheurde Max, eeuwig achterdochtig, en je kon nooit weten, alles met de hand, want daar zat geen systeem in.
Ik keek naar hem, hij zag er tamelijk beroerd uit, maar eigenlijk was dat altijd het geval. Ik had zijn hoofd vol wallen en wenkbrauwhaar en boze blikken alleen nog nooit horizontaal gezien.
‘Max, ik doe mijn best en ik hou je op de hoogte, anders lig je toch maar te piekeren. Hou jij je dan in godsnaam rustig, zodat ik over een week weer weg kan. Er zit iemand op me te wachten in Sarasota en ik moet terug.’
‘Het is je gelukt met die vrouw. Onbegrijpelijk, maar gefeliciteerd.’
Hij produceerde van onder de deken een hand, die ik schudde. De volgende dagen vielen me zwaar. Het hogere zakendoen was niet mijn favoriete bezigheid, veel gepraat met externe gewichtige heren en eindeloos duwen en trekken en zoeken naar een goede onderhandelingspositie. Ik hield er meer van om een aantal bladen te beheren, concreet werk zonder poespas.
Met de tong op de schoenen kreeg ik in vier werkdagen Max' hot list af en was ook al aardig gevorderd in de secundaire lijst toen op donderdagmiddag de heer Van der Voort langskwam. Ik had hem in Max' agenda zien staan, maar niemand wist waar hij voor diende.