‘Het is wél gehouden? Goddank.’
‘Nee, dat zeg ik niet. Ik zeg alleen dat ik je een bewijs kan geven dat jou ontlast.’
‘Maar wat staat daar dan in?’
‘Als ik je dat vertel heb ik niets meer om mee te onderhandelen.’
Dat begreep hij, maar hij was ook slim genoeg om te begrijpen dat ik hem een kat in de zak zou kunnen verkopen.
Het duurde een half uur voordat we elkaar afdoende uitgelegd hadden dat we bij gelijk oversteken allebei een risico liepen, tenslotte kon hij mij ook elk willekeurig velletje overhandigen.
‘Boeven moeten elkaar vertrouwen, er zit niets anders op,’ zei ik uiteindelijk, maar dat viel in verkeerde aarde.
‘Hoezo boef, ik heb niets gedaan dat niet deugde.’
Toch haalde hij daarna het briefje uit zijn portefeuille en ik overhandigde hem een stapeltje computervellen.
Snel keek ik of het wel Robins notitie was, en in zijn kriebelhandschrift las ik inderdaad ‘onderzoek niet verricht... laatste druppel... ontslag op staande voet’.
Jaap bladerde al even haastig de tabellen door die ik hem had gegeven.
‘Wat is dit?’ vroeg hij. ‘Het zijn dezelfde tabellen als die ik al had. Heb je me verdomme zitten belazeren?’
‘Kijk nou even. Er staat een projectnummer boven. En de naam van het team dat het onderzoek deed.’
‘Verzekeringsunit. Je hebt het door Dirk zijn club laten doen! Jezus, wat heb ik me laten bedriegen.’
‘Ik dacht wel dat je niet verder zou kijken dan je neus lang was.’
Hij stond op. Zijn dunnende haar was in de war geraakt, hij zag er moe en klein uit, en hij trilde van kwaadheid.
Zelf voelde ik me ook leeg na de confrontatie, be-