III
Utrecht (1947-1948)
Intro
In 1947 werd mijn vader met zijn gezin voor verlof naar Nederland gestuurd.
‘10 juli 1947 - 13 mei 1948 met recuperatie in Nederland,’ staat in zijn prachtige kalligrafische handschrift in het curriculum vitae dat ik aantrof tussen zijn nagelaten papieren. Het was dus ziekteverlof, al heb ik als kind niets van ziekte gemerkt. Hij had wel veel pijn in zijn rug dankzij de Birmaspoorweg, maar een paar aspirientjes deden wonderen, vertelde hij steevast. Hij nam er voor alle zekerheid ook altijd een handvol van in. Mijn vader was een kleine, stevige man voor wie de militaire pas eigenlijk een maatje te groot was. Maar het nemen van iets te grote stappen was in de loop van de jaren zijn tweede natuur geworden en als ik hem met energieke tred over straat zag gaan, was ik toch niet weinig trots op hem. Zette hij thuisgekomen zijn militaire pet af, dan toonde hij ook nog een onoverwinnelijke joviale haardos, mijn vader