Gezangen der vrije-metzelaaren(1799)–Joos Verschuere Reynvaan– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 213] [p. 213] Het vergenoegen der vrijemetzelaaren. Wijze: Mon Seigneur voijez mes larmes; of Vous amans que j'interesse. Ach! mijn Broeders! wat genoegen, Smaakt niet een Vrijmetzelaar! Wie zou zich niet bij ons voegen, } bis. Wierd hij eens hun kracht gewaar? (bis.) } Welk een vreugde zou hij smaaken, Waar' hij daar eens aangewend! Hij zou naar deez' Kunste haaken, Die bij ons maar is bekend. Zoekt daartoe te raaken, Eer, Profaan! uw leeven is voleind. [pagina 214] [p. 214] Wat zou u doch 't leeven baaten, En in 't Duister om te vlien? Gij, deeze ed'le Kunste haaten? } bis. Neen! wil u aan haar aanbien. (bis.) } Met deez' Dwaalstar hebt medoogen, Wil hem bijstaan met uw' gunst, ô! Mijn Broeders zijt bewoogen, En Verlicht hem door deez' Kunst: Kunst! Kunst! Ach! mijn Broeders! wat genoegen, Smaakt niet een Vrijmetzelaar! Wie zou zich niet bij ons voegen, } bis. Wier hij eens hun kracht gewaar? (bis.) } Vorige Volgende