De Bommeler- en de Tielerwaard
(1974-1975)–F.A.J. Vermeulen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 89]
| |||||||||||
Kerkwijk.De burgerlijke gemeente Kerkwijk omvat de dorpen Bruchem, Delwijnen en Kerkwijk. De heerlijkheid Kerkwijk werd reeds in de 13e eeuw onder het geslacht de Cock,Ga naar margenoot+ met die van Bruchem vereenigd. Door huwelijk van Theodora de Cock met Johan van Berchem, heer van Ostmale, omstr. 1410, gingen beide heerlijkheden over aan dit laatste geslacht en later aan dat van Hamale (v. spaen, Inleiding, III, 263-264). In 1610 werden de twee heerlijkheden weer gescheiden door Richard de Riviera, waarna Kerkwijk in 1669 aan mr. Jan de Goye kwam, om, na eenige wisselingen, in 1764 in het bezit te geraken van Peter Lenshoek. Afb. 81. Plattegrond der Ned. Hervormde kerk te Bruchem.
| |||||||||||
Bruchem.Zie nomina geogr., II, 112;Ga naar margenoot+ III, 65. | |||||||||||
Kerk.De thans Ned. Hervormde kerk is in eigendom en onderhoud bij de Nederduitsch-Hervormde gemeente. Ten tijde der kerkvisitatie van bisschop Sonnius, in 1568, behoorde Bruchem tot deGa naar margenoot+ parochie Kerkwijk. Overigens is weinig omtrent de geschiedenis dezer kerk bekend. In de oprichtingsbullen van het bisdom 's Hertogenbosch van 1561 en in de beide synoden van 's Hertogenbosch van 1571 en 1612 wordt zij onder de kerken van dit | |||||||||||
[pagina 90]
| |||||||||||
bisdom genoemd (coeverincx, I, 8. - schutjes, III, 370). Het eenige altaar in de kerk was aan de H. Maagd gewijd (schutjes, t.a.p.).Ga naar margenoot+ De kerk ligt geheel vrij, georiënteerd met een afwijking van 8o naar het Afb. 82. Kerkwijk. Ned. Hervormde kerk te Bruchem uit het Zuid-Westen.
Noorden, op een vierkant plein, het voormalig kerkhof, gedeeltelijk omgeven door een laag baksteenen muurtje. Ga naar margenoot+ Het gebouw bestaatGa naar margenoot+ uit een rechthoekig schip van twee traveeën, met een tegen de zuidzijde aangebouwde kapel, een driezijdig-gesloten koor van twee traveeën, en een westportaal. Binnenwerks gemeten bedraagt de breedte van het schip 7.00 M., de totale lengte van het schip en koor 19.10 M., de kapel aan de zuidzijde is binnenwerks 5.175 M. breed en 5.625 M. diep (afb. 81).Ga naar margenoot+ Het koor is hooger dan het schip, dit laatste weer hooger dan de kapel aan de zuidzijde, terwijl het westportaal de laagste aanbouw is. Het geheel vormt aldus, hoewel gepleisterd, een zeer schilderachtige groep, die beheerscht wordt door het koor met den dakruiter (afb. 82 en 83). In den noordmuur van het schip bevinden zich twee, in den zuidmuur één, in later tijd rondbogig gewijzigde vensters. In de eerste noordelijke travee van het koor is een, blijkbaar oorspronkelijk, lancetvormig, slank spitsboogvenster dichtgemetseld; de overige koorvensters zijn rondbogig als die van het schip. | |||||||||||
[pagina 91]
| |||||||||||
Tegen het koor en de hoeken der koorsluiting staan eens-versneden, schuin afgedekte steunbeeren. In den noordoostelijken sluitingsmuur bevindt zich een later ingebroken ingang, waarvoor een stoep van drie treden. De kapel aan de zuidzijde heeft een puntgevel, eensversneden beeren tegen beide zuidelijke hoeken, en ingangen aan de oost- en aan de westzijde. Het portaal tegen den met een puntgevel bekroonden westmuur van het schip, heeft een topgeveltje met in en uitgezwenkte zijkanten en halfronde afdekking (afb. 82); aan drie zijden zijn ingangen aangebracht,
Afb. 83. Kerkwijk. Koor der Ned. Hervormde kerk te Bruchem uit het Zuid-Westen.
waarvan die aan de westzijde wordt gedekt door een korfboog met aanzetblokken en sluitsteen. Tegen den hoogen geveltop van het koor is, boven het schipdak, een wijzerplaat bevestigd. De open dakruiter wordt bekroond door een slanke ingesnoerde achtkante spits, evenals de overige bedaking met leien gedekt. Inwendig zijn schip en koorGa naar margenoot+ gescheiden door een zwaren gedrukt-spitsbogigen triomfboog, waarvan het benedengedeelte is verbroken (afb. 84). De vroegere overwelving, waarop de muurverzwaringen - die niet geheel strooken met de assen der steunbeeren - schijnen te wijzen, is vervangen door houten zolderingen. De vroegere verbinding tusschen het schip en de kapel is thans gesloten. In den zuidoostelijken sluitingswand bevindt zich een spitsbogig muurkastje (vroegere piscine?) De kapel dient thans tot consistoriekamer en berghok. De toestand van het herhaaldelijk gewijzigde en bovendien geheel gepleisterde bouwwerk,Ga naar margenoot+ maakt het zeer bezwaarlijk een inzicht in het verloop der bouwgeschiedenis te krijgen. Het schip is vermoedelijk het oudste deel, waartegen later het hoogere koor is opgetrokken. Het lancetvormige venster aan de noordzijde en de zware gedrukte triomfboog doen vermoeden, dat dit in het begin der 14e eeuw is geschied. Waarschijnlijk is de kapel aan de zuidzijde in de 15e eeuw verrezen. | |||||||||||
[pagina 92]
| |||||||||||
De kerk bezit: Ga naar margenoot+ Aan den preekstoel twee gesmeed ijzeren lichtarmen (XVIII?). Ga naar margenoot+ Een ijzeren doopboog, waarop, tusschen krullen, een ijzeren bol, bekroondAfb. 84. Kerkwijk. Ned. Hervormde kerk te Bruchem inwendig naar het Oosten.
door een staanden pijl. Ga naar margenoot+ Een Tien-geboden bord, beschilderd met een voorstelling van Mozes, de tafelen toonend, waaronder, in schrijfletters, de tien geboden en het opschrift: ‘Diakoni van Bruchem vereert dit werck ter eere Godts in dese kerck. Anno 1749’. Een credobord, uit denzelfden tijd als het voorgaande, met een gesneden bekroning, waarin: ‘De XII Articulen onzes geloofs’. Ga naar margenoot+ Een zilveren Avondmaalsbeker (hoog: 0.142 M.) met een gegraveerden rand, als die te Hurwenen (zie blz. 88), en het opschrift: ‘Desen beker behoort aan de Dyakony van Bruckum’ (afb. 85). A.D.I. Merken: Zalt-Bommel, E en Fransche lelie. | |||||||||||
[pagina 93]
| |||||||||||
Deze beker is dus klaarblijkelijk vervaardigd door denzelfden Bommelschen goudsmid als die te Heerenwaarden en te Hurwenen. Een klok (middellijn: 0.81 M.), met in Romeinsche hoofdletters het randschrift:Ga naar margenoot+ ‘Ioannes .a .Trier .et Henricus .fratres .fecerunt. anno domini .1.6 .5 .0.’ | |||||||||||
Particuliere gebouwen.Afb. 85. Zilveren Avondmaalsbeker der Ned. Hervormde kerk te Bruchem.
| |||||||||||
Kerkwijk.Kerk.De thans Ned. Hervormde kerk is in eigendom en onderhoud bij de Nederduitsch Hervormde gemeente, de toren behoort aan de burgerlijke gemeente. Van de oude parochiekerk waaronder vóór de hervorming ook Bruchem behoorde,Ga naar margenoot+ is alleen bekend, dat zij slechts één altaar had, gewijd aan de H. Maagd (schutjes, | |||||||||||
[pagina 94]
| |||||||||||
III, 662). In 1543 vinden we hier Jan Foys vermeld als pastoor en Dirck Wouters als vice-cureit (bossche bijdr., III, 58). Dezelfde Foys of Foes wordt nog in 1568, bij de kerkvisitatie van bisschop Sonnius, als pastoor genoemdGa naar voetnoot1). Afb. 86. Plattegrond der Ned. Hervormde kerk te Kerkwijk.
Ga naar margenoot+ Het gebouw ligt vrij, en is georiënteerd met een afwijking in het schip van 6o, in het koor van 7.5o naar het Zuiden. Ga naar margenoot+ De eenbeukige kerk bestaat uit een rechthoekig schip, een versmald driezijdig-gesloten koor, en een vierkanten toren met aan de noordzijde, inAfb. 87. Ned. Hervormde kerk te Kerkwijk van het Zuid-Oosten.
den hoek tusschen schip en torenmuur halfrond ingebouwden traptoren (afb. 86). Het schip telt zes traveeën en is, binnenwerks gemeten ± 16.30 M. diep en 8.15 M. breed. Het koor is binnenwerks ± 6.65 M. breed. De totale diepte van schip en koor bedraagt ongeveer 27.50 M. Ga naar margenoot+ De toren meet binnenwerks ± 3.20 M. in het vierkant. Ga naar margenoot+ Het schip is opgetrokken van blokken tufsteen (gemiddeld formaat: 0.42 × 0.23 × 0.10 M.). De hier en daar met groote en kleine baksteen herstelde muren worden | |||||||||||
[pagina 95]
| |||||||||||
door lisenen, waartusschen rondbogen zijn opgeslagen, verdeeld in zes ondiepe nissen, waarvan de twee middelste elk nog een dichtgemetseld rondbogig venstertje (dagwijdte ± 0.50 M.) vertoonen. Deze venstertjes, welker onderkant ruim 3.00 M. boven het tegenwoordige maaiveld ligt, zijn in de overige nissen vervangen door groote rondbogige vensters met houten kozijnen, terwijl de middelste lisene is weggebroken om plaats te maken voor een dergelijk venster (afb. 88). Aan de noordzijde zijn de lisenen tot op de halve hoogte hersteld en verzwaard met kleine baksteen. Het koor is hooger dan het schip (afb. 87). De plint en het benedengedeelteGa naar margenoot+ tot op ongeveerAfb. 88. Schip der Ned. Hervormde kerk te Kerkwijk van het Zuiden.
1.20 M. hoogte, zijn van tufsteen, waarboven de verdere koormuren van baksteen (formaat: 0.245 × 0.12 × 0.65 M.; 10 lagen: 0.73 M.) in staand verband zijn opgetrokken. De noordzijde van het koor is geheel herbouwd van kleinere baksteen en heeft rondbogige vensters, ter vervanging van de oorspronkelijk hooge spitsbogige, waarvan sporen nog zichtbaar zijn in de zuidelijke koortraveeën. De koormuren worden geschoord door eenvoudige, schuin afgedekte beeren; tusschen het benedendeel van die, welke op de hoeken der sluiting staan, zijn in later tijd berghokken gemetseld. Een tufsteenen neuslijst loopt onder de vensters en om de steunbeeren heen. In den noordoostelijken sluitingsmuur is een ingang gebroken, waarvoor een stoep van vier treden. De toren, opgetrokken van roode baksteen in Vlaamsch verband, in het benedengedeelteGa naar margenoot+ metend 0.265 × 0.12 × 0.065 M. (10 lagen: 0.80 M.), daarboven van kleiner formaat, bestaat uit vier door smalle baksteenen lijsten gescheiden geledingen en wordt bekroond door een ingesnoerde achtkante houten spits, met leien gedekt (afb. 89). In de westzijde der onderste geleding bevindt zich de door twee lage gepleisterde steunbeeren geflankeerde rondbogige, later uitgebroken ingang, waarvoor een stoep van twee treden, bestaande uit stukken roode Bremersteen (wellicht fragmenten van een altaarsteen). De drie overige gele- | |||||||||||
[pagina 96]
| |||||||||||
dingen hebben hoeklisenen, die, wat de tweede en derde geleding betreft, onder de scheidende baksteenlijsten door rondboogfriezen zijn verbonden met een
Afb. 89. Toren der Ned. Hervormde kerk te Kerkwijk.
lisene in de as, terwijl zij in de bovenste geleding, aan alle vier de zijden, met een doorgaand fries van zeven rondboogjes een rondbogig galmgat omsluiten, waarvan het westelijke door een wijzerplaat, het oostelijke door het schipdak der kerk gedeeltelijk wordt bedekt. Ga naar margenoot+ De halfronde traptoren, gemetseld van baksteen (formaat 0.19-0.20 × 0.093 × 0.049 M.; 10 lagen: 0.605 M.) in kruisverband, gaat op langs den noordmuur van den toren tot aan het boogfries der derde geleding, om vervolgens met een half kegelvormig dak tegen de bovenste geleding, naast het galmgat, aan te sluiten.Ga naar margenoot+ In den noordmuur van den toren is in de onderste geleding een gedenksteentje geplaatst, met het jaartal 1861 en een merkstreep 2.45 M. boven den beganen grond, ter herinnering aan den waterstand tijdens de overstrooming in dat jaar. In den traptoren bevinden zich twee gedenksteenen met de jaartallen 1623 en 1922. Tegen den zuidmuur van den toren is een laag aanbouwsel opgetrokken, waarin een steentje met het opschrift: ‘W.A. den Treffer Leyd den eerste steen Den 1 Juny 1812. oud... M. en 2 Den’. Ga naar margenoot+ Het geheel gewitte inwendige van schip en koor (afb. 90) is overdekt met een ellipsvormig, grijs geverfd houten tongewelfGa naar voetnoot1). In den zuidoostelijken wand der koorsluiting is een muurkastje aangebracht. In de benedenruimte van den toren bevinden zich onder de witkalk ronde muralen van een vroeger kruisgewelf, dat is weggebroken en vervangen door de tegenwoordige houten zoldering. | |||||||||||
[pagina 97]
| |||||||||||
Hierboven ligt de eerste verdieping, een leege ruimte met smalle lichtsleuven in de muren en gedekt door een houten zoldering. De tweede verdieping, eveneens met een houten zoldering, bevat het uurwerk. In de derde verdieping is de eiken klokkenstoel gebouwd, waarboven de makelaar en de kap der spits. In den traptoren voert een spiltrap met eiken treden tot het orgel en verder met baksteenenAfb. 90. Ned. Hervormde kerk te Kerkwijk inwendig naar het Oosten.
treden naar de tweede verdieping. Kennelijk is het tufsteenenGa naar margenoot+ schip het oudste gedeelte van dit bouwwerk. De vlakke lisenen met rondboogstellingen en de hierin aangebrachte kleine rondbogige vensters die, de geleidelijke verhooging van het omliggende terrein in aanmerking genomen, oorspronkelijk nog aanmerkelijk hooger waren geplaatst, dan zij thans schijnen, behooren tot een Romaansch schema van muurverdeeling, dat sinds het begin der 11e eeuw aan de Benedenrijn opkomt en uitsluitend bij tufsteenen kerken wordt aangetroffen. Hierom en om den vorm en de plaatsing der vensters is dit schip niet veel later te stellen dan 1100; de vrij regelmatige vorm van het tufsteenen metselwerk en het formaat der steenblokken, doen het echter ook niet vroeger schijnen. Het meest waarschijnlijk is derhalve als bouwtijd: XIIa. | |||||||||||
[pagina 98]
| |||||||||||
(afb. 91), reeds in dat jaar de twee noordelijke traveeën van het koor geen vensters vertoonden. Daar dit bezwaarlijk de oorspronkelijke toestand kan zijn, moet de verbouwing van dit gedeelte in kleinere baksteen, waarop wij hierboven wezen (blz. 95), vóór dat jaar - waarschijnlijk omstreeks 1700 - hebben plaats gehad. Tenslotte is, waarschijnlijk in 1623, de traptoren gebouwd en de ingang in den toren aangebracht. De baksteenmaten en het metselverband strooken althans met dezen, door den steen in den traptoren vermelden, tijd. In 1922 heeft eene herstelling plaats gehad. De kerk bezit: Ga naar margenoot+ Een preekstoel (afb. 92), bestaande uit een eenvoudige zeskante eiken kuip, waarvan de paneelen met een rechthoekig bandornament, de bovenrand metAfb. 91. Kerkwijk in 1734 naar een teekening in O.I. inkt van a. de haan.
een omloopend gepijpt ellipsmotief zijn versierd; een eiken ruggeschot, waarin een geschulpte boog, gedragen op pilasters, is gesneden, met opengewerkte vleugelstukken, samengesteld uit voluten en ellipsen; een eveneens eiken zeskant klankbord met hoogen geprofileerden rand. Deze eikenhouten bovenbouw (XVIIa) rust door middel van een omgekeerde zeskante pyramide op een geverfden hardsteenen voet (XV, vermoedelijk van een doopvont afkomstig), bestaande uit een vierkante plint, waaruit drie sterk versnijdende achtkante geledingen opgaan; de overgang van de vierkante plint naar het onderste achtkant wordt bemiddeld door vier hoekstukken met peerkraalprofiel. De trap is een negentiende-eeuwsche vernieuwing. | |||||||||||
[pagina 99]
| |||||||||||
Een eenvoudigen ijzeren doopbekkenhouder (XVII B).Ga naar margenoot+ Een zerk, waarin een rad is gegroefd, met het opschrift:Ga naar margenoot+ Hier Leidt begraeven Hendrick Lenshoek. Anno 1684. Een grafsteentje (afmetingen 0.35 × 0.35 M.) met het opschrift: Goossen Verwey Scholtus tot Delwyne. Obiit January 1692.Een gebeeldhouwde zerk (XVIIIa, gedeeltelijk bedekt door een bank), waarop een wapen: gedeeld, met rechts een kasteel in geboomte, links een ossenkop, en omgeven door een cartouche, waaronder Afb. 92. Preekstoel der Ned. Hervormde kerk te Kerkwijk.
twee gekruiste fakkels; het opschrift luidt: Hier leit Elisabeth Moringh, vrouw van Johannes Huychelbo... Stirf den 1 Maert 1716 oudt 77 jaar getrou... geweest 51 jaar en.... Een groote zerk, waarop gebeeldhouwd het wapen-Lenshoek, bestaande uit een schild beladen met een rad en gedekt door een helm, met een rad als helmteeken. Opschrift:
Hier leidt begraven Peeter Lenshoek Dijk Hymraet van de Hooge Schouw in Bommelerwaert, Scheepen van 't Hooge Gericht van Zuylichem
Een koperen kaarsenkroon (± 1630)Ga naar margenoot+ van acht lichtarmen op één rij om een koperen bol, waarboven een rijs-vormige voluten, afwisselend met acanthus-ornament en met ‘kraakbeen’-ornament en kopjes versierd, gegroepeerd om de bolvormig geprofileerde middenstang, welke bekroond wordt door een beeldje, voorstellende ‘Jupiter tonans’, gezeten op een adelaar, in de rechterhand een bundel bliksemschichten houdend; in het hoofd van dit beeldje is een met leeuwekopjes versierde koperen ring bevestigd, waaraan de kroon is opgehangen (afb. 93). Hoewel de vormentaal in het algemeen op het begin der 17e eeuw wijst, doet de toepassing van ‘kraakbeen’-motieven ons deze kroon zeker niet vroeger dan ± 1630 dateeren. Drie bijna gelijke kronen bevinden zich in de Ned. Herv. kerk te Oosterhout, en werden, blijkens de opschriften, geschonken in 1629, 1637 en 1642 (zie kalf, De Monumenten in de voorm. baronie v. Breda, 271). | |||||||||||
[pagina 100]
| |||||||||||
Negen eenvoudige gesmede ijzeren lichtarmen (XVIII). Ga naar margenoot+ Een geschilderd tien-gebodenbord (XVII A), waarop eene voorstelling van Mozes met de tafelen en de 10 geboden in gothische karakters, het geheel in een gesneden omlijsting van twee Ionische pilasters welke een hoofdgestel met gesneden bekroning dragen. Een dergelijk bord (XVII A) met ‘De Artykelen onzes algemeynen endeAfb. 93. Kerkwijk. Koperen kaarsenkroon in de Ned. Hervormde kerk.
ongetwijfelden Christelijken Geloofs’, in eenzelfde omlijsting als het voorgaande.Ga naar margenoot+ Een op den preekstoel liggenden bijbel, van 1643, met koperen beslag uit denzelfden tijd. Ga naar margenoot+ Een klok (middellijn: 0.77 M.) met, in den bovenrand, het opschrift: ‘Jacob Jansoon ende Jan Woutersoon kerkmesters. inder tyt. tot. Kerkwijck in Bommelerwaert’; in het midden een rand van grottesken-ornament, en hieronder het opschrift: ‘Willem Wegewart. Me fecit. Gouda. Anno 1617.’ | |||||||||||
Particuliere gebouwen.Ga naar margenoot+ Molensteeg B 12. Het huis ‘Hemelrijk’, gelegen op een kunstmatige hoogte, is een dubbel baksteenen woonhuis met twee wolfdaken, waarop, aan elken hoek, een vierkante schoorsteen. In den noordgevel bevindt zich de ingang met een eiken deur, waaraan een eenvoudige trekker, en hiernaast een gedenksteen (eerste steen) met het opschrift: ‘G.P. Lenshoek oud 2½ jaar. 1834’. |
|