Aantekeningen bij Bijlage II
Nederlands jeugdproza (tot 1891)
blz. 477: De Herder.
Verschenen in Flandria, 1889, blz. 140-141, onder de rubriek:
Onze jonge Schrijvers.
blz. 479: De eerste schone Lentedag.
Verschenen in Flandria, 1889, blz. 261-262, onder de rubriek:
Onze jonge Schrijvers.
blz. 480: Typen. De ‘Wallebak.’
Verschenen in Flandria, 1889, blz. 333.
blz. 482: Brusselse Straattypen III. ‘Het
Citroentjeswijf’.
Verschenen in Flandria, 1889, blz. 406.
blz. 484: Brusselse Straattypen. IV. De Ballade der
Brusselse ‘Ketjes’.
Verschenen in Flandria, 1889, blz. 436-437.
blz. 488: Onze Ballade.
Verschenen in Jong Vlaanderen, nr 1, 29-IX-1889; niet
ondertekend.
blz. 490: Rosse Lokken.
Verschenen in Jong Vlaanderen, nr 1, 29-IX-1889.
blz. 492: Het Sprookje van het Kikkertje.
Verschenen in Jong Vlaanderen, nr 2, 13-X-1889.