de les gespeld: Mathilde kan doen wat ze wil, ze moet het maar weten, die jongen valt haar niet tegen, maar alle mannen zijn in den grond dezelfde, godvergeten schepsels; 't is hun schuld niet, ze zijn zoo van nature; hij zal ze bedriegen, dat spreekt vanzelf, dat doen ze allemaal; dus, bij haar niet komen klagen, zij zal Mathilde altijd ongelijk geven.
Een vraag die Frans meer verontrust: wat denken zijn ouders? Hij belooft, met zijn vader te praten, maar kan er moeilijk toe besluiten. Toch is het niet mogelijk meer dat te ontwijken, anders moeten zijn bezoeken stopgezet worden.
Dan toch het huwelijk? Hij begint nu wel in te zien, dat het misschien de onvermijdelijke oplossing is, en alles goed beschouwd voor Mathilde nog de beste. Wat kan hem al het andere schelen? Voor haar is hij nu tot alles bereid. Hoe vreemd: wat hij in de kranten leest, van het geharrewar rondom de Dreyfus-zaak, of van de spanning tusschen Engeland en Frankrijk na de bezetting van Fasjoda door commandant Marchand, daar stelt hij wel eenig belang in, maar het gebeurt op een andere planeet. Dat die duizenden menschen die rondom hem leven niets meer zijn in verhouding tot die ééne jonge vrouw, waar zijn gansche wereld om wentelt!
Wellicht weigert zijn vader... Hij hoopt het bijna: dan staat hij zuiver, hij schaakt Mathilde en is mans genoeg om hun onafhankelijk bestaan te verzekeren.
Maar zijn vader weigert niet, al stemt hij niet dadelijk toe. Hij luistert met gefronst voorhoofd en half-dichtgeknepen oogen; zonder het te laten merken triomfeert hij, zijn zoon schijnt van zijn zotte kuren genezen, die zal nu wel zijn standing moeten veroveren; als die trouwplannen maar geen zotte kuur zijn: wie is die meid, waar hij nu voor den dag mee komt, God weet wat voor een artiste! En haar ouders? Frans bekent zonder omwegen, dat ze hun dochter niets kun-