Hubert Cuypers Terwe
‘Terwe’, melodrama van den heer Hubert Cuypers - tekst van René de Clercq - bekend o.a. door een uitvoering in Arti et Religioni, kwam voor op het programma van het abonnementsconcert, gisteravond in het Concertgebouw. En te oordeelen naar het lang aanhoudende applaus was dit stuk van Vlaamsche boert en grappigheid ook in deze omgeving op zijn plaats. Men lucht inderdaad eens op bij zulke lichte en fijne instrumenteering, het is verkwikkelijk te luisteren naar die frissche melodiek, zoetvloeiend, bekoorlijk en nimmer banaal.
Toch mag men deze compositie, ondanks hare vele loffelijke hoedanigheden, niet heelemaal beschouwen als een voldragen werk. Ons dacht, dat de heer Cuypers het nog niet geheel met zich zelven eens is, welken weg hij in zal slaan. Er heerscht in dit werk soms strijd tusschen woord en toon, niet in de details, doch in de groote verhoudingen; het gedicht belemmerde de klare conceptie van den muzikalen vorm. Ook het eigenaardig mengsel van lieflijk melodieus-rhytmisch gebabbel en zwoel Wagneriaansch sentiment hier en daar, wijst er op, dat de auteur bij het schrijven van ‘Terwe’ met zichzelven nog niet tot volkomen klaarheid is gekomen. Het komt ons ook voor, dat de componist bij de herziening zijner orkestratie eenige verandering zal moeten brengen in de vele trompet- en bazuinstooten, die den fideelen, simpelen boer Nol begeleiden, naast enkele Walhalla-klanken, welke ook niet bijzonder passen bij dit oolijke libretto. De partituur is eene retouche méér dan waard.
De heer Alphons Laudy bleek weer een voortreffelijk declamator, die in zuiverheid van klank en taal, beheerschte dictie voor geen enkelen beroepsvoordrager onderdoet. Hij voelt de muziek en men merkt een eigenaardige overeenstemming in den stemklank en de tonaliteit der muziek. Zijn zeggen nadert soms het gezang. Dat ‘Terwe’ als melodrama minder onvolmaaktheden schijnt te tellen dan andere werken van dit soort, is overigens toe te schrijven aan de gelukkige voordracht van den heer Laudy. Toch ontstaat er nog wel eens tweespalt; hier een rhythmische, b.v.: in een der liederen geeft de dichter ‘Ring, Ring’ als jambe, de musicus maakte er een trochaeus van (zwaar-licht) waarop, tegen den tekst in, natuurlijk nog een slag moet volgen ter wille der beweging. Doch dit zijn kleinigheden. Als geheel genomen een werk om den heer Cuypers mee geluk te wenschen.
‘Terwe’ werd gegeven onder leiding van den heer Hubert Cuypers. De vijfde symphonie van Tschaikowsky, welke voorafging, had Cornelis Dopper tot dirigent.