| |
De wedergeboorte van een volk
Daladiers familiewetgeving en gezinscode zijn reëel en doelmatig, maar alleen de tijd zal kunnen onthullen of zij te laat of nog net op tijd komen.
Parijs, 3 Augustus [1939]
Men mag zeggen dat na Keizer Augustus, die getracht heeft de Oude Romeinen te verhinderen uit te sterven, geen enkele natie begiftigd werd met een betere familie-wetgeving dan de gezins-code, welke voor het Fransche volk bij decreet in den aanvang dezer Augustus-maand is afgekondigd om definitief in werking te treden op 1 Januari 1910.
Het ensemble der bepalingen heeft door zijn volledigheid en krachtdadigheid een uitstekenden indruk gemaakt op iedereen die zich van verre of van dichtbij bekommerde over de bevolkingsproblemen van Frankrijk, welke den horizon en de grenzen dezer mogendheid afbakenden met desoleerende, tergende vraagteekens die allen beduidden: zal dit volk herrijzen uit zijn lethargische mismoedigheid of zal het verdwijnen, en in welke spanne tijds?
| |
Doelmatig
De vele hoofdstukken en artikelen van den nieuwen code zijn te talrijk, te gecompliceerd om stuk voor stuk behandeld te worden en om in onderdeelen de positieve, hoopvolle verwachtingen te ontvouwen welke de ontworpen maatregelen suggereeren. Wat het realisme en de doelmatigheid betreft van het nauwgezet bestudeerde wetboek kan de zeer optimistische opinie van Fernand Boverat ons een voldoende waarborg zijn. Boverat, die als president der ‘Alliance nationale contre la dépopulation’ een langjarige propaganda leidde om het geweten der natie en hare regeering wakker te schudden tegenover den omvang en de gevaren der sloopende plaag, prijst den gezinscode van Daladier als ‘onbetwistbaar de eerste der wereld’ en hij bespeurt er slechts één lacune: de kwestie der huisvesting, welke zonder moeite kan aangevuld worden voor 30 November, datum waarop de pleins pouvoirs der regeering een einde nemen.
| |
Wat de bepalingen inhouden
In groote lijnen komen de hervormingen hierop neer: Elke eerste geboorte in een huishouden, mits zij binnen twee jaren na de huwelijkssluiting plaatsvindt, wordt begunstigd met een premie van drie duizend francs, ruim toereikend, in gewone gezinnen, om de kosten te dekken eener bevalling. Voor elke volgende geboorte wordt een progressief percentage van het gemiddeld salaris als toelage uitgekeerd, welke bij het vijfde kind stijgt tot 60% van het normale inkomen van het gezinshoofd. Dat vijfde kind staat dus voor den vader nagenoeg gelijk met pensioen. De moeder, die niet buitenshuis arbeidt, geniet een speciale en belangrijke ondersteuning. Voor jonge landbouwers die willen trouwen, wordt ten dienste hunner inrichting een kapitaal ter beschikking gesteld van twintig duizend francs. Elk hunner kinderen heeft de waarde van een terugbetalings-termijn, en bij het vijfde is het volle bedrag gerembourseerd. Ten overvloede krijgt het kind, dat na zijn achttiende jaar op het vaderlijke erf werkt, van regeeringswege de helft van het jaarsalaris dat voor een arbeider met kost en inwoning zou moeten worden uitbetaald. Dit alles met geldigblijving der geboorte-premie en der algemeene toeslagen, zoodat een jong landbouwers-echtpaar, alvorens zijn derde kind 14 jaar wordt, en onverminderd het installatie-voorschot, een som zal incasseeren van ongeveer 25.000 francs. Bovendien worden de successierechten zeer aanzienlijk vertaald in verhouding tot het kinder-aantal: met 75% wanneer de erfgenamen, de schenker of de erflater vijf kinderen heeft; met 100% in geval van zes kinderen of meer.
| |
Tegen de abortus
Om den abortus tegen te gaan, welke Frankrijk jaarlijks berooft van tientallen regimenten, van ganrsche legercorpsen, worden niet alleen de gevangenisstraffen en geldboeten voor pleger en slachtoffer belangrijk verzwaard, doch eveneens de kans op voorwaardelijke veroordeeling is den delinquenten onttrokken.
Daarenboven worden speciale brigades ingesteld om radicaal een euvel uit te roeien dat voor Frankrijk moorddadiger is geweest dan alle gezamenlijke epidemieën van het verleden.
Voortaan ook zal vanaf de zevende maand der zwangerschap elke vrouw zonder eenige formaliteit gratis toegang kunnen verkrijgen in kraamvrouwengestichten welke door de regeering worden aangewezen, om daar, als zij dit verlangt, in 't geheim te bevallen.
| |
Wat zal het kosten?
De reusachtige uitgaven, welke deze protectionistische maatregelen meebrengen (ze zijn moeilijk te ramen daar het totaal afhangt van het resultaat) worden gedekt met een accijnsverhooging op den alcohol en met draconische belasting op de inkomens van vrijgezellen en van kinderlooze gezinnen, zelfs van de gezinnen aan wie de dood een kind of kinderen ontrukte die niet den leeftijd bereikten van zestien jaar. Hoe bitter het tegenwicht de getroffenen zal toeschijnen, de compensatie van de kosten der herbevolkig is oordeelkundig gekomen en niemand kan er redelijke bedenkingen tegen opperen. Eensdeels zal zij bijdragen (hoe matig ook) tot beteugeling der alcoholiseering van het volk, die tijdens de Week der Twee Zondagen wederom de proporties begon aan te nemen van een geesel.
| |
Ongelijkheid
Anderdeels herstelt de belasting op ongehuwden en kinderloozen een schromelijke ongelijkheid, welke gerust gebrandmerkt mag worden als een ondraaglijk onrecht. Want als men theoretisch weinig afdoends kan aanvoeren tegen het principe der Vakvereenigingen, welke ‘gelijk salaris voor gelijken arbeid’ eischen, ongeacht de leeftijd van den arbeider zijn maatschappelijke lasten, erz., practisch leidt dit schijnbaar billijk beginsel tot een monsterachtige bevoordeeling van egoïsme, gemakzucht, jacht naar genot, en bijgevolg tot familie-vrees. Hetzelfde salaris voor één persoon is niet hetzelfde salaris voor een vader met vrouw en twee of drie kinderen. Waar zulke gewoonten heerschten zou het terecht bewondering mogen wekken dat er in den Franschen arbeidersstand en ambtenaarsstand (d.i. één derde der bevolking) nog huwelijken gesloten werden. En wanneer het één-persoons individu zich tegenover het gezinshoofd meende te kunnen rechtvaardigen met den misselijken dooddoener ‘niemand verplicht je om kinderen te hebben’, een gouvernement dat zich een enkele seconde bekreunt om de belangen der natie als zoodanig, kan zulke dubieuze opvattingen niet onderschrijven met een passief toezien, en ze hoogstens dulden zoolang het egoïsme van den enkeling het leven der gemeenschap niet overwoekert en verstikt.
| |
Hachelijk stadium
Sinds 't vorig jaar was Frankrijk met een excedent van sterfgevallen dit hachelijk stadium binnengetreden. Zooals bij de Romeinen putte een deel der natie zich uit in steriele amusementen terwijl de Barbaren marcheerden naar alle grenzen.
De barbaren der Romeinen schermden nog niet met geboorte-statistieken, gelijk de vijanden doen die zich in de twintigste eeuw gereed maken voor een inval. Maar met een begeerigheid welke door hun aantal werd aangewakkerd loerden zij reeds op de rijke akkers onder een milden hemel.
Dit is een natuur-wet zodra de mannen schaarsch worden, en gelijk alle natuur-wet is zij onverbiddelijk. De Franschen, door het één-kindsysteem, deels omdat zij voor hun karig kroost een maximum levensgenoegens bestemden, zien met wroeging en verschrikking den eenigen zoon gewijd aan de gruwelen van slagvelden die zij zelf hebben toebereid en waar het kind moet leeren wat de ouders vergaten: te vechten als een man. Zelden kwam boontje om zijn loontje met een grimmiger ironie. Want in het vruchtbare Frankrijk (om te zwijgen van de Koloniën) is onbekrompen plaats voor zestig millioen inwoners en wie zal beweren dat dit aantal, ware het voorhanden niet een degelijker basis zou zijn voor de Europeesche harmonie dan veertig?
| |
Te laat of nog net op tijd?
Er zijn zóóveel onvoorzienbare factoren in wording die den dag van morgen en meer nog de volgende twintig jaren (waarin een kind tot man groeit) kunnen beïnvloeden dat het roekeloos zou zijn om iets te voorspellen bij de uitvaardiging van Daladier's familie-code. Komt hij te laat? Komt hij nog precies op zijn uur? Alleen de ‘Tijd’, universeel en zonder taal, kan het onzichtbare onthullen aan het licht, zooals Sophocles zei. Laten wij ons dus niet voorbarig verheugen over zooveel vogels in de lucht, hoewel de Code van Daladier, ondanks zijn materialistische eenzijdigheid, een onmiskenbare aanduiding is van den Franschen wil tot wedergeboorte. Maar laten wij om evenmin ontmoedigen door een verwijzing naar de z.g. mislukking van het experiment van keizer Augustus. Om zich daarop te beroepen als op een slecht voorteeken moet men uit het oog verliezen dat er tusschen Augustus en Augustulus, de laatste der Romeinsche Caesars, een afstand ligt van meer dan vier eeuwen, gedurende welke het antieke Rome stand hield. En vier honderd jaren, dat telt in de wereldgeschiedenis. Voor Frankrijk zouden wij ons reeds vergenoegen met vijf en twintig; wanneer dit land die jaren voor den boeg kan hebben zonder catastrofe.
[verschenen: 15 augustus 1939]
|
|