Onredelijke comedie
Jammer, dubbel jammer, dat een natie die zich dapper en stoïcijnsch gedragen heeft tegenover het onafwendbare, zich onder de reactie van den schok opluchting poogt te verschaffen in kinderlijke comedies waarvan het overbodige, nuttelooze aan een redelijk oordeel niet kan ontsnappen.
Wanneer de Tsjechen meenen Frankrijk te mogen verwijten als een eerloosheid en een schande dat dit land niet op eigen initiatief, en zonder daadwerkelijke, positieve steuntoezegging van Rusland of van een andere mogendheid, Europa in een oorlog gedompeld heeft om een situatie te redden welke de Tsjechische diplomatie zelf door haar geschipper gaandeweg onhoudbaar en hopeloos gemaakt had, dan vergeten de Tsjechen een beetje te gemakkelijk dat Frankrijk anderhalf millioen soldaten mobiliseerde en dat zij volgens de meeste waarschijnlijkheid te danken hebben aan deze Fransche mobilisatie dat niet geheel Bohemen is ingepalmd en geannexeerd als Duitsche ‘Gau’. Het is aan Hitler en zijn generaals beter bekend dan aan wie ook dat de Fransche mobilisatie geen bluf was. Wanneer de Duitschers zich vergenoegden met een fragmentarische aanwinst dan deden zij dat stellig niet om philanthropische redenen doch eenvoudig omdat het totaal hun op dat moment als kluif te hard leek. Hetgeen zeer juist gezien was. In September hadden de Franschen even weinig lust om te oorlogen als in Augustus 1914. In September 1938 kon een conflict hun geen enkel voordeel bezorgen, en zelfs niets dan schade berokkenen, ook al behaalden zij de overwinning. Zij zouden gratis gevochten hebben. Niet eens voor een ideaal dat hun ter harte gaat. Maar niettemin zouden zij onverschrokken ten strijde zijn getrokken op een simpel commando hunner aanvoerders.
Het is daarom niet rechtvaardig om den blaam voor de verbrokkeling van Tsjechoslowakije uitsluitend te werpen op Frankrijk en een schromelijk onrecht, om het behoud van den vrede dit land aan te wrijven als een schande. Een gemoedsstemming gelijk de Tsjechische, hoe begrijpelijk en onvermijdelijk ook als terugslag eener wreede beproeving, zou niet alleen wegens hare onredelijkheid, niet alleen wegens de daaruit voortvloeiende verkrachting der feiten, doch bovenal wegens de kleineering van moreele waarden, die op 't oogenblik minder dan ooit verguizing noodig hebben, moeten verdwijnen als factor, als uitgangspunt, als gezichtshoek der internationale psychologie en der internationale politiek. Bij die mentaliteit van rancune en ongegronde laster kan niemand baat vinden, allerminst de Tsjechen. Zij kan slechts twijfel stichten of aanwakkeren en nieuwe explosies van het beruchte en gevaarlijke ‘dynamisme’ bespoedigen.
Wij gelooven echter niet dat de pro-domo-redevoering, verdienstelijk overigens en zakelijk, waarmee Georges Bonnet de actie van den Quai d'Orsay op het Congres der Radicalen verdedigd heeft, de opinies merkbaar zal wijzigen, noch dat zij elders dan in Frankrijk de geslagen wonden zal lenigen. Bonnet geeft een overzicht van het verloop der gebeurtenissen gelijk men ze tennaastenbij kent uit de telegrammen, en een samenvatting waarbij men te dikwijls en te veel moet lezen tusschen de regels. Men kan dit betreuren wijl deze methode van halve woorden voor de goede verstaanders, die zeldzaam zijn, in het gunstigste geval slechts leidt tot suggesties. Maar is het te veel gevergd, na dat betreurd te hebben, om tenminste in overweging te nemen dat een Minister van Buitenlandsche Zaken, zonder zijn posities te verzwakken, tot in zijn eigen land, niet in vierkante termen kan rectificeeren of polemiseeren?