Het bewijs
De juistheid dezer hypotheses, en het failliet der gemotoriseerde legers (wat betreft hun offensieve capaciteiten) is proefondervindelijk bevestigd te Alcarria.
Dertig duizend Italianen trokken in Guadalajara ten strijde onder wolken van benzine-damp en stof. Voor 't eerst in de geschiedenis van strategie en tactiek was er geen paard te bekennen. Alles rolde op raderen en rupswielen, bewogen door motoren. Zware vrachtauto's, tracteurs, lichte rijtuigen, motorfietsen. De tanks veegden den weg schoon, op 500 meter afstand gevolgd door infanterie in wagens.
Na een prachtig begin (precies als bij de Fransche manoeuvres!) draaiden al die wielen uit op een catastrofe. Bij het eerste ernstige treffen met den vijand verviel het geheele rijdende leger in een hopelooze, reddelooze wanorde en verwarring. De eenheden raakten vermengd. De lichte artillerie (ter wille van de mobiliteit had men het zware geschut achterwege gelaten) verloor in de stremming haar beweeglijkheid, toonde zich misschien onhandig, maar stellig onbruikbaar. De lange rijen vrachtwagens bleken een ideale schietschijf voor de kanonnen en mitrailleuses van den tegenstander. Ten overvloede kon de vijand met mathematische zekerheid de bedoelingen van den aanvallende veldheer en elk détail zijner manoeuvre opmaken uit de belangrijkheid der marcheerende colonnes. Om den genadeslag te geven en de ramp te voltooien vervulde de luchtvaart (wat wij reeds signaleerden bij de Fransche oefeningen) de rol die eertijds was toebedacht aan de cavalerie. Gelijk bij de Fransche spiegelgevechten zag men ware vliegtuig-charges, met werpen van bommen en vuur van mitrailleuses. De tanks, die aan de aanvallers van den platten grond weerstand hadden geboden, werden bekogeld uit de lucht en afgemaakt. De ingenieurs die ze ontwierpen hadden aan alles gedacht. Behalve aan een deugdelijke blindeering van het dak der tanks. Zij hielden geen rekening met de mogelijkheid van een ingrijpen der vliegtuigen, van het optreden eener luchtvaart en het bezigen eener tactiek die sinds eenigen tijd in Frankrijk l'aviation d'arrêt genoemd wordt. Er is voor den soldaat geen geduchter, geen schrikbarender, geen ontzenuwender tegenstander dan een escadrille vliegtuigen dat op weinige meters hoogte attaqueert. Het geloei, gehuil, gejank der motoren en de vervaarlijke snelheid waarin de aangevallene als 't ware verdrinkt, schijnt hem zoodanig te biologeeren dat hij geen contrôle meer heeft over zijn zenuwen en zijn bezinning verliest. De Revue du
Ministère de l'Air noteerde dit zonderlinge verschijnsel reeds in 't begin van het jaar: ‘Bij de gouvernementeele troepen, schreef dit interessante tijdschrift, bleek 't onmogelijk de mitrailleurs te dwingen om te schieten op vijandelijke vliegtuigen die vlogen op geringe hoogte.’