Blériot
Parijs, 5 Augustus 1936
Zonder dat iemand erop verdacht was heeft de eerste van de groote pioniers der luchtvaart het tegenwoordige verwisseld met het toekomstige.
Een paar dagen voor zijn dood gaf hij nog een interview aan de radio. Hij kuchte, hoestte, proestte, hakkelde en stotterde in de micro dat het een klucht was.
Volgens Fransche gewoonte hield men hem na deze potsierlijke vertooning een beetje voor 't lapje. ‘Van zijn eerste Kanaalvlucht heeft hij een verkoudheid overgehouden waarvan hij na zeven en twintig jaar nog niet genezen is’ werd o.a. geschreven. De lachers bewezen hoe voorzichtig men moet omgaan met spot. Blériot sprak zijn laatste woorden en weinig later was hij een lijk. Hij stierf in enkele seconden aan een bloedstremming, als ik zoo den term embolie vertalen mag die hier veelvuldiger gebruikt wordt dan in de rest der wereld tezamen.
Het spreekt vanzelf dat het verscheiden van zulk een man ons met een ruk achteruit voert in het verleden. Toen hij begon aan de luchtvaart, na gedebuteerd te hebben als fabrikant van automobiellantaarns, was er niets anders dan het toestel van Clément Ader, die den naam uitvond van ‘avion’.
Het had de gestalte eener reusachtige vleermuis en was gecopieerd naar een vliegenden hond, een kalong welke de uitvinder kookte in water om de maat te nemen van het skelet. Het werd voortbewogen door een stoommachine die twee schroeven dreef van reepjes bamboe, beplakt met doek. Dat was in 1896-1897. Bij de proef, welke beslissen moest over een subsidie van de regeering, rolde het zonderlinge, vier-wielige gedrocht een halven kilometer in den mist alvorens te kantelen. Had het gevlogen? De officieele controleurs, onder wie twee generaals, beweerden niets gezien te hebben. De vrienden van Ader houden tot den huidigen dag stokstijf vol dat over een afstand van 300 meter het terrein geen spoor vertoonde van de wielen. Op 't oogenblik denken zij er nog aan om met een ervaren piloot de proef te herhalen op het model dat geëxposeerd is in het museum der ‘Arts et Métiers’. Maar voor Clément Ader, die zijn gansche fortuin - acht millioen - gestoken had in zijn experimenten, was elke kans op subsidie verkeken. Vliegen met een toestel zwaarder dan de lucht gold toenmaals als pure waanzin voor alle competenties, die met bewijzen in de hand aantoonden dat het zwaarste der vliegende dieren, de albatros, slechts elf kilo woog, en dat het krankzinnig was om te denken dat de mensch beter zou doen dan ‘de natuur’.