Vooruitgang
Kort geleden kreeg de Haak - Le Crochet - zijn deel van den vooruitgang. Hij werd radiophonisch. Hij bestrijkt de planeet onder presidium van den Minister van Posterijen Georges Mandel, bijgenaamd Jeroboam. Hebben wij ons nog te beklagen? Ja. Het ware mooi geweest om de stumpers die een conservatorium afliepen en met een eersten prijs in hun zak er tegen opzien om kellner of kellnerin te worden in een restaurant, het zou philanthropisch geweest zijn om die verschoppelingen in de stilte van een studio te laten defileeren voor den micro, op zoek naar een bestaan, of op zoek naar den roem. Maar dat was niet amusant. Dat loonde de moeite niet, noch den electrischen stroom. De attractie van den Haak schuilt niet in den solist, doch in de toeschouwers. De muziek is niet op de estrade doch in de zaal. Men werpt geen rotte eieren of schimpscheuten naar een radio in de huiskamer. Wat voor genoegen steekt erin om een zanger te executeeren door een knop om te draaien? Het pleizier is om den veroordeelde levend te hooren villen.
Omdat men het publiek niet kon bergen in een studio, dat gewoonlijk te klein is, bracht men 't studio naar het publiek. Elken Maandag, zoolang het duren zal, wordt de Salle Pleyel gehuurd voor een wekelijksche executie. De zaal, die in den volksmond haar naam behield hoewel zij naar Rameau genoemd werd sinds Pleyel elders zuiniger moest gaan wonen, kan ongeveer vijf en twintig honderd personen bevatten. Iederen Maandag loopt het gebouw stampvol. Geen dirigent, geen virtuoos, al heet hij Horowitz of Toscanini, trekt zooveel menschen als dat rijtje candidaten van wie niemand den naam kent. Een micro, en roode lampen die stilte gebieden, zijn geïnstalleerd op het podium. Niemand heeft het recht om te praten, te lachen, te schreeuwen, te gieren. Kwansuis. Iedereen snapt 't. Wat men niet geeft wordt genomen. Nauwelijks klinken de eerste noten of het rumoer begint. Het gaat crescendo naarmate de solist of de soliste in de rats zitten, angst zweeten, zich in bochten wringen, een krop in de keel hebben, zich verslikken, trillen op hun beenen, en ten slotte oprispingen uitstooten in plaats van tonen.