Een Grootboek
Parijs, 12 Juni [1935]
Ziedaar Le Destin des races blanches van Henri Decugis, verschenen bij Librairie de France, voor de som van 38 francs. Het Lot der blanke rassen: een encyclopedie van tabellen, grafische teekeningen, statistieken. De ontwikkeling der menschheid uitgedrukt in cijfers. De inventarisatie der vijf werelddeelen, van het menschelijk materiaal, tot in de kleinste détails. Een volkerentelling, zooals de Romeinen haar op gezette tijden hielden in de landen waar zij heerschten, doch hier een volkstelling welke den ganschen aardbol bestrijkt, van pool tot pool. De lezer staart verstomd naar den overvloed der gegevens. Een geheel leven lijkt hem niet genoeg om deze verspreide stof te verzamelen. Hoe bracht de auteur dat voor mekaar, die advocaat is, een grand bourgeois, een der notabelen wier uitsterving als type niet lang geleden nog werd aangekondigd en geconstateerd? Hoe kon Decugis (een man op jaren, een statig grijsaard) een arbeid presteeren welke omstreeks 1900 voor onuitvoerbaar gegolden zou hebben? Niets eenvoudiger, de schrijver bekent het zelf. De documentatie lag gereed bij den Volkenbond. Hij behoefde ze slechts te raadplegen. Als de bureaucraten van het Geneefsche wereld-parlement aan een menigte gebreken lijden, zij kunnen tenminste roemen op de verdienste dat zij een onovertrefbare lijst van fiches bezitten die zeer nauwgezet is aangelegd en met een voortdurende zorgzaamheid wordt bijgehouden. Het werk van Decugis is de toevallige vrucht dezer anonieme, duizendkoppige en schijnbaar steriele vlijt. Meer nog: het is een hulde aan haar uitstekende organisatie. Voor zoover een boek nut kan verrichten door de bewustmaking van nabije en volstrekt niet ingebeelde gevaren zal de Volkenbond misschien eenmaal als een providentieele weldaad geciteerd worden wegens zijn onuitputtelijke statistieken.
Het ziet er slecht uit voor ons, blanken, slecht, ongeloofelijk slecht. Wanneer gij duizelen wilt, of huiveren, of versomberen tegenover een lawine van nadeelige balansen consulteer dan deze studie welke de auteur objectief Het Lot titelde, doch waarbij men op elke bladzijde vreest dat zij het Noodlot had moeten heeten. Welk een deficit! Er is geen plek op de twee halfronden waar de blanke niet geleidelijk verdrongen wordt door den kleurling. Een greintje geduld en als de metamorphose doorgaat in hetzelfde tempo zal Zuid-Amerika binnen korten tijd behooren tot de zwarte continenten. Wij blijven spreken van Latijnsch Amerika naar aanleiding van een land welks bevolking regelmatig vernegert. Noord-Amerika is er niet beter aan toe. De Angel-Saksische, Noorsche, Hollandsche elementen, waaruit de grootheid groeide der Vereenigde Staten verminderen zienderoogen en wijken voor de stuwkracht der inferieure rassen. Reeds de helft der Nieuwe Wereld is onttrokken aan de blanke heerschappij.
In Afrika maken de hygiënische, sociale en economische verbeteringen, ingevoerd door de Blanken, de kansen van den overheerscher gestadig ongelijker, zijn positie paradoxaler. De blanke bevolking van Australië stagneert in een kunstmatig verworven evenwicht, dat door den eersten den besten duw van buiten tot haar onherstelbare schade kan worden verbroken. Ten opzichte van Azië was Europa nooit meer dan het vooruitspringend fragment van een vasteland, een kaap en een delta. Aanvankelijk konden alleen de afstanden, later alleen de wapenen den civiliseerenden, humaniseerenden Europeaan verdedigen tegen het krioelende overwicht der gele rassen. De blanke zelf heeft de afstanden geannuleerd en de blanke zelf leverde zijn wapenen uit. De blanke zelf schudde Azië wakker uit een eeuwenlangen slaap. Wat is het resultaat? Dat het zwaartepunt der wereld-activiteit zich in vliegende vaart verplaatst naar de oostelijke oevers van den Pacific. Wat is een der opmerkelijkste en treffendste symptomen dezer kracht-verschuiving? Dat Japan het eenige land werd dat een voortdurend excedent boekt op zijn betalingsbalans.
Maar de toenemende verzwakking van den blanke spruit niet voort uit zijn numerieke minderheid, noch uit de egaliteit van oorlogstuig, noch uit het feit, dat de Oosterling den blanke begint te evenaren (doorloop de statistieken der octrooien die elk jaar worden aangevraagd voor Japansche uitvindingen!) in scheppend genie, dat den kleurling slechts betwist kon worden zoolang hij droomde in zijn nirwana's. De achteruitgang van den blanke, sneller en erger dan de grimmigste pessimisten kunnen vermoeden, wortelt in zijn schrikbarende mentaliteit. Terwijl de kleurling in compacte massa's, herboren of ontwaakt, opstuwt, versnippert de blanke zijn gaven en zijn wilskracht in moordende anarchie, in imbeciele verdeeldheden. Het Verdrag van Versailles schiep dertien nieuwe staten. Werp de schuld daarvan echter niet op het kreupele Verdrag, want het bevestigde slechts een bestaande toestand. Het ratificeerde een geestesgesteltenis, welke zich manifesteerde sinds het einde der middeleeuwen en die na de Fransche Revolutie door geen enkele macht geremd werd. Europa, geünificeerd door de Romeinen, door het Pausdom, herviel na de kortstondige en vergeefsche hereenigingspoging van Bonaparte, voorgoed in scherven. Alleen de talen rekenend, welke gesproken worden door meer dan één millioen inwoners, telt men acht-en-dertig verschillende idiomen. Welk land heeft niet zijn autonomisten, zijn separatisten, zijn minoriteiten? Waar tracht men niet een tongval, een dialect, een bargoensch uit de vergetelheid op te duikelen? Deze kinderachtige manie om uitdrukkingsmiddelen te verbrokkelen, wat de verspreiding der ideeën belemmert, om zich te isoleeren binnen zijn wallen, is nog de onschadelijkste uiting eener algemeene tendentie welke tot de verderfelijkste excessen leidt sinds niets haar beteugelt. Naast de talen en dialecten immers rijzen de douanemuren uit den grond, de invoer-verboden, de gesubsidieerde industrieën, de premies op export, de
munt-manipulaties, de autarkieën, de gedirigeerde economieën, en alle andere dwaze, incoherente, ruïneerende probeersels, waarmee de Europeesche staten en staatjes elkaar treiteren en verarmen tot de ellende of de onverkoopbare productie hen dwingen zal om elkaar te verscheuren.
Die beëngende, particularistische mentaliteit, die domme esprit de clocher, die muffe, verstikkende atmosfeer, en al de letsels welke zij meedraagt in den kiem, waarmee correspondeert zij, waarmee gaat zij parallel? Wat is haar vermoedelijke oorzaak? Charles Nicolle, de groote bioloog, wees er reeds op in menige waarschuwende bladzijde, en hij had geen internationale statistieken ter beschikking, hij baseerde haar op persoonlijke waarneming. De pagina's waarin Decugis de kwestie uit dezen gezichtshoek toelicht, behooren tot de beklemmendste, want zij wijzen een wonde aan welke met aardsche middelen bijna ongeneeslijk schijnt. Het blanke ras verflauwt niet enkel kwantitatief, het vermindert ook kwalitatief. Het kwijnt in den wortel, het verwelkt in den knop. De elite, de bloem, de kern is bezig te verdwijnen, zoowel in Amerika als in Europa. De intellectueelen en de hooger georganiseerden hebben geen of weinig kinderen. De kinderen die zij hebben, degenereeren met een vervaarlijke snelheid. Het aantal gekken en erfelijk belasten klimt met sprongen om van te ijzen. Wij stellen een enorm deel onzer wetenschappelijke en financieele hulpbronnen in dienst der abnormalen, niet alleen om hen in 't leven te houden maar om hun de gelegenheid te schenken tot voortteling. Om zich te verdelgen, om elk uitzicht op een gezonde toekomst met voorbedachten rade dicht te metselen, om alle verdere evolutie te verijdelen, zou het blanke ras niet doelmatiger kunnen handelen dan het doet sinds een eeuw. Want het is een historische wet, gestaafd door tallooze voorbeelden, dat geen enkele stoot tot vooruitgang gegeven wordt door een volk als massa, doch uitsluitend door superieure individualiteiten.
Wij bevinden ons dus in volle decadentie en op weg naar de eindelijke nederlaag. Gelijk het Romeinsche Rijk dat met zooveel moeite gesticht was volgens het vers van Virgilius dat millioenen blanken op de schoolbanken leerden vertalen: Tantae molis erat. Dit benauwende visioen is geen spel van een onrustigen geest, doch het werd geconstrueerd uit nuchtere, droge cijfers. Het herinnert aan de academische prent welke de keizer van Doorn in de dagen zijner glorie liet teekenen door een hofschilder met 't opschrift: Volkeren van Europa... Maar de tabellen van Henri Decugis ontnemen ons allen lust om nog te glimlachen over een gekroonden fantast die profeet blijkt. Met den auteur van Het Lot der blanke rassen zinnen wij veel meer op de remedies welke voortvloeien uit de gesignaleerde kwalen. Zij zullen een zeldzame energie vereischen. Het vuur en het zwaard als in de tijden der heldendichten. Het is echter niet de eerste keer dat de blanken een kruistocht ondernemen. Niet de eerste keer dat zij een werelddeel herbouwen uit zijn puin. Hoevelen waren zij die de beide Amerika's veroverden? Hoevelen die voor 't eerst den voet aan wal zetten in Indië? Een handvol. Een compagnie. Kijk even rond in het hedendaagsche Europa en gij ziet de leiders, de hervormers in aantocht. Zij komen op tijd. En ook deze verdrietige, oogenschijnlijk demoraliseerende balans komt niet te vroeg noch te laat. Ze zal ons leeren de redders vlugger te begrijpen en williger te volgen.
[verschenen: 3 juli 1935]