Het Commando
Parijs, 21 Jan. 1935
Zoo treedt ook Maxime Weygand af langs den achtergrond, terwijl het schadelijkste en onnutste politieke zoodje op de voorste planken blijft pronken, zwetsen, knoeien en saboteeren. Een Eugène Frot doet zijn intrede in de commissie voor sociale wetgeving en dient als vergelding van 6 Februari een voorstel in tot ontwapening der 97.000 reserve-officieren, dat met bijna algemeene stemmen wordt aangenomen. Geweldige opschudding. Als eenig wapen bezitten de reserve-officieren een revolver dien ze met hun eigen geld betaald hebben. Gelijk die aanvoerder wien men de sleutels zijner stad vroeg, antwoordden zij: Kom ze maar halen. Wilt u ook mijn beurs en mijn horloge? Protesten, manifesten, meetings en sussende beloften van den langen Flandin. Het conterfeitsel van Frot wordt op den Salon des Indépendants besmeurd met roode menie. Maar het dissolveerende personage troont in de Kamer en de Couloirs, maakt wetten en ministers, oefent een reëele macht uit. Terwijl de opperbevelhebber, de bekwaamste en ervaringrijkste generaal, bewonderd door het Leger, bemind bij het volk, de overwinnaar van Ludendorff, gerangeerd wordt onder de oude requisieten en zelfs geen plaatsje krijgt ingeruimd in den Oppersten Krijgsraad.
De wet wil het, een wet welke voor de gelegenheid hard en onverbiddelijk wordt in dit land waar men dagelijks ontelbare wetten overtreedt, schendt, verdraait, ontduikt en bespot. De wet was op de hand van den troebelen Léon Blum die in Weygand een ‘Général de Coup d'Etat’ ontdekt had. De wet kwam te stade bij alle minder vermiljoen getinte elementen, die Weygand hielden voor een sabelrinkelaar, een nationalist, een man van rechts, een anti-revolutionnair, een anti-republikein. De wet ten laatste viel in den smaak bij min of meer verpolitiekte, ministrable militairen als kolonel Fabry, die gekrenkte ijdelheidjes, decepties of meeningsverschillen in te peperen hadden. En wat woudt gij dat Weygand deed tegen deze prikkelbare, benepen en benevelde opposanten? Dat hij zijn invloed en gezag aanwendde? Dat hij als Bonaparte marcheerde tegen het Parlement? Neen! La discipline est la force principale des armées. Men duizelt bij de gedachte wat een Weygand zou gekund hebben wanneer hij gewild had, en stellig voelden zijn tegenstanders meermalen een koude rilling langs den rug kruipen bij de overweging dezer mogelijkheid. Maar de leuze van een Weygand is: dienen. Gehoorzaamheid, zelfs aan een autoriteit die faalt. Het oppercommando mag geen onderwerp worden van debatten, disputen en gedobber.
De omstandigheden waaronder dit vertrek plaats vindt hadden sereener moeten zijn, objectiever, minder vatbaar voor gemotiveerden blaam om het niet dubbel te betreuren. Dat wij echter ons leedwezen uitdrukken over Weygand's afscheid zou op geen enkele wijze een ongunstig of terughoudend oordeel kunnen insluiten betreffende zijn opvolger Maurice Gustave Gamelin. Zeker, men ruilt zonder noodzaak, zonder geldige reden, het gewisse voor het ongewisse. Zeker, Gamelin bezit niet den veelzijdigen roem van Weygand, zijn proefondervindelijke kennis, noch den luister van het aureool der overwinning gedeeld te hebben met Foch. Weet iemand met voldoende precisiteit wat een generaal waard is, moreel en intellectueel die niet minstens enkele legercorpsen gecommandeerd heeft onder het vuur, en onder de wilsvermogens van een vijand? Men kan er slechts naar gissen en het beste ervan hopen. De eerste weken van den wereldoorlog, de peripetieën van den Duitschen inval, de rampspoeden in den slag van Charleroi braken de carrière van op den kop af 202 Fransche generaals. Nivelle, een goed veldheer te Verdun, bleek een lamentabel generalissimus bij het offensief van 1917 tegen de Hindenburg-linie. Het is dus nauwkeurig bekend wat Weygand in zijn mars heeft doch men kan slechts raden naar de eigenschappen welke Maurice Gamelin zal ontplooien.
Hij behoorde tot den Staf van Joffre en redigeerde de instructies waaruit zich logisch en harmonisch de Slag aan de Marne zou ontwikkelen. Dat voorspelt hoedanigheden van een aanvoerder. Hij volgde Joffre in zijn gelauwerde ongenade. Dat toont zijn karakter. Hij werkte samen met onvoorspoedige bevelhebbers. Dat was wellicht een uitstekende leerschool. Onder Weygand fungeerde hij als Chef van den Generalen Staf. Dat getuigt van de achting welke zijn gelijken hem toedragen en van zijn organisatorische gaven, - wanneer het Fransche leger ten minste gevechtswaardiger is dan sommige ongeluksvogels voorwenden. Maar voor den eersten keer torst hij op twee-en-zestigjarigen leeftijd de verantwoordelijkheden van den kapitein die naast God meester is aan boord. En hier, op dit eenzame punt waar alle draden convergeeren van het lot der aarde, ontbreken de positieve gegevens voor een verder oordeel. Hier naderen wij in 't donker tastend de grenzen van de regionen der Schikgodinnen.
Het gouvernement heeft de vacature-Weygand benuttigd tot een volledige omwerking van het oppercommando. Gelijk Joffre zoo vereenigt Gamelin opnieuw de functies van Generalissimus en Chef van den Generalen Staf onder één képi. Beide ambten waren na den oorlog gescheiden omdat men een prestigieuse figuur als Foch niet belasten kon met de duizend-en-een gewichtige kleinigheden van mobilisatie, concentratie, bewapening of recruteering, terwijl de elementairste welvoeglijkheid gebood om den maarschalk aan 't hoofd te laten van het leger dat hij ter overwinning had gevoerd. Vanzelfsprekend was de Stafchef door deze regeling intiemer vertrouwd met het mechanisme zijner oorlogsmiddelen dan de Generalissimus, doch ondanks dit inconvenient bleef de tweeslachtige toestand onder Weygand bestendigd. Men vreesde of men beweerde te vreezen dat één enkel menschelijk hersenstel het enorme en gecompliceerde apparaat eener moderne krijgsrusting niet meer vermocht te beheerschen. Gamelin die minder mondaine verplichtingen heeft dan Foch, Pétain of Weygand, Gamelin die geen lid is der Académie Française, die geen boeken schrijft, geen banketten presideert noch de ceremoniën van elken Zondag, stapt heen over de angstvallige bezwaren van wankelmoedigen die een gehard man ontoereikend oordeelen voor een dubbele taak. Het is zijn eerste zelfstandige daad en wij mogen aannemen dat hij haar verricht met grondige kennis van zaken en van zichzelf. Wij gelooven ook, zonder in deze veronderstelling de geringste critiek te leggen op het beleid van Weygand, dat de gespecialiseerde natuur van Gamelin onvermijdelijk een merkbare hermilitariseering zal meebrengen in de bureaux van den Boulevard des Invalides waar de opperste krijgsraad pleegt te zetelen. In de hoeken uit welke de nieuwe wind waait insinueeren reeds vooruitziende geesten dat men zich ‘eindelijk’ zal bezig houden met ernstige zaken. Onder die ernstige
zaken wordt voornamelijk gerekend de tweejarige dienstplicht. Te recht of ten onrechte meent men dat Gamelin, die de sympathieën heeft van Links (uitsluitend omdat Weygand de sympathieën had van Rechts) een impopulairen doch onontkomelijken veiligheidsmaatregel gemakkelijker van de Kamer zal loskrijgen dan zijn verdachte en geduchte voorganger. Deze opvatting heeft in ieder geval het voordeel dat zij Weygand's afzetting begrijpelijk maakt en in zekeren zin aannemelijk.
De hoogere gaven van den massieven, onbewogen Joffre vormden den onbekenden factor in 1914; het psychisch potentieel van den gesloten, zachtaardigen Gamelin, zijn innerlijke reserves, zijn graad van ontvlambaarheid, de kwaliteit en de veerkracht der demonische golven welke elk groot veldheer als een palladium emaneert in de uren van gevaar, vormen het enigma van 1935. Moge een vreedzame evolutie der wereldgeschiedenis beletten dat het ooit ontsluierd wordt op een slagveld! Maar met Gamelin, van den Staf van Joffre, met Gamelin's adjunct en eventueelen opvolger generaal-majoor Georges, van den Staf van Foch met den vice-chef van den Generalen Staf Colson, van den Staf van Pétain en eventueel opvolger van Georges, bezit het Fransche leger een triumviraat dat drie tradities prolongeert welke in het krijgsgewoel haar deugdelijkheid bewezen. Zij zijn homogeen genoeg om niet tegen elkaar in te druischen, gedifferentieerd genoeg om elkaar aan te vullen. Wat er ook gebeure de bestemming van Frankrijk is toevertrouwd aan drie eminente bevelhebbers. En zelfs in de onwaarschijnlijke hypothese dat elk der drie zou tegenvallen dan rest nog de onvermoeibare, altijd jonge Weygand.
[verschenen: 9 februari 1935]