Boschgas
Parijs, 16 Juli [1934]
Het is acht zomers geleden dat ik schreef over automobielen voortbewogen door een gas, dat de Franschen schilderachtig boschgas noemen, omdat het ontwikkeld wordt uit hakhout of houtskool. Wij waren toen in het jaar 1926. Er liepen reeds geruchten over een oorlog, waarin een vijand de Fransche zeewegen kon afsnijden wat den toevoer van petroleum en benzine zou stopzetten. Er liepen ook reeds geruchten, dat de petroleumbronnen binnen afzienbaren tijd zouden leegraken bij de geweldige hoeveelheden die men dagelijks wegpompt en dat de millioenen motoren door gebrek aan brandstof zouden stilstaan. De competentste schrijvers voorspelden, dat de toekomstige oorlog onontkomelijk moest gevoerd worden om het bezit van olie-velden, welke het leven der naties voortaan beheerschten en regelden als het water den landbouw. Dwazen die wij waren! Er is geen zorgwekkend onderwerp, waarop wij niet aanvlogen om het te verbreiden als de wind de pluizen der distelzaden. Hoeveel milliarden pessimistische beschouwingen (onze dagen vergallend als de mieserige neger-muziek dezer zwarte periode) zouden er in die acht jaren geschreven zijn over den naderenden oorlog en den ontbrekenden petroleum? Wij hadden ons dezen kommer kunnen uitsparen die geen liter aan de voorraden toevoegde. Wij hebben steeds geen oorlog. Steeds hebben wij olie. Het gebeurt zelfs dat ons niets te wenschen overblijft: al worden alle havens geblokkeerd en al drogen de laatste bronnen op, de motoren zullen draaien.
Men kan niet anders concludeeren na den proefrit van 3700 kilometer over berg en dal, welke 25 Juni aanving op de Place de la Concorde en de vorige week eindigde op hetzelfde plein, tegenover het gebouw der Fransche Automobiel-Club. Onder een karavaan, uitgezonden om de verschillende soorten van ‘nationale brandstoffen’ te experimenteeren, en gestookt door de meest heterogene mengsels van vloeibare materie, bevonden zich drie wagens, welke gedreven werden door boschgas. Het waren twee Berliet's, werkend met hout, en een Panhard, werkend met houtskool. De Berliet's hadden een motor van 4 cylinders, die dertien paardekracht telt voor den fiscus, en waren gecarosseerd als conduite intérieure. Zij droegen op het achterstel een reiskoffer, een tikje grooter dan de koffers, welke men bevestigt aan gewone auto's. Daar bevonden zich het hout-proviand en de organen van den gasmaker; het zuiveringstoestel was verborgen onder het chassis en nauwlijks zichtbaar. De Panhard was een zes-cylinder zonder kleppen, 14 p.k, geldend voor den fiscus, en eveneens ingericht als conduite intérieure. Het aërodynamisch nederwelvende achterstuk bevatte den gasmaker en zijn provisie houtskool; de zuiveraar was als een gestyleerde gereedschapkist, geplaatst op een treeplank. In geen enkel opzicht onderscheidden deze wagens zich van de courante automobielen. Zij verschilden daarentegen hemelsbreed van de onooglijke voertuigen, waarover ik vroeger sprak en die een volumineuze gasfabriek droegen aan de linker of rechter zijde van den chauffeur. Als men het principe dier oudste wagens kon toejuichen, hun uiterlijk inspireerde niet alleen bedenkingen van aesthetischen aard, maar wekte ook ernstige bezwaren wegens hun gewicht en twijfel aan hun handzaamheid. Een langdurige studie en een geleidelijke perfectionneering hebben al die hinderpalen volslagen overwonnen, sinds het gelukkige idee, waaraan dit vervoermiddel zijn ontstaan dankt, hier voor 't eerst werd
aangeroerd.
Op hun langen en moeilijken rondrit over Dijon, de Jura, de Cévennes, Marseille, Béziers, Carcassonne, het Massif Central, Poitiers, Tours, Rouen, Le Havre, Dieppe en Monthiéry waren de twee Berliet's en de Panhard onderworpen aan de zeer scherpe contrôle van officieren van Waterstaat en aan een draconische reglementeering. Men had bepaald dat de wagen die op deze reis van bijna vier duizend kilometer een onvrijwillig oponthoud had van meer dan zestig minuten, te wijten aan de organen van den gasmaker, geëlimineerd zou zijn. Wanneer de gemiddelde commercieele snelheid over meer dan een etappe zakte beneden de 50 k.m. per uur (de bergen inbegrepen) zou de wagen eveneens worden uitgeschakeld. Het onderhoud der wagens mocht na elke etappe niet langer duren dan een uur. Het starten met kouden motor moest geschieden zonder behulp van benzine (waartoe men eertijds zijn toevlucht nam) en gedaan worden binnen twintig minuten. Er waren drie prijzen uitgeloofd voor den winnaar dien ik niet nader aanduid omdat ik geen reclame maak voor een fabrieksmerk doch voor een nuttige uitvinding: 100.000 francs door het Ministerie van Landbouw; 50.000 door het Ministerie van Oorlog en 10.000 door de Nationale Vereeniging van Houthandelaars. Want ieder heeft profijt bij de boschgas-automobiel, de boer, de soldaat, de toerist en de koopman.
De drie voertuigen, zonder onderbreking vergezeld van hun strenge controleurs, hebben tenvolle beantwoord aan de reglementen en aan de verwachtingen der constructeurs. Er is geen enkele pech geregistreerd welke veroorzaakt was door de organen die een hoopje hout of houtskool omzetten in drijfkracht. De bestuurders hebben geen druppel benzine gebruikt en desniettegenstaande heeft het vertrek met kouden motor in geen enkel geval meer tijd geëischt dan een kwartier, zelfs niet in de hooglanden van Jura, Cévennes en Massif Central. Op de dagen van grooten schoonmaak heeft het onderhoud niet meer gevergd dan een half uur. De snelheid heeft regelmatig geschommeld rondom het tempo dat met gewone automobielen verkregen wordt met benzine-motoren. Oogenblikkelijke snelheid op vlakken weg: 88 à 98 k.m. per uur. Commercieele snelheid over gemakkelijke afstanden: 70 k.m. per uur, zonder zich te haasten, omdat de chauffeurs, die slechts verplicht waren tot 50 k.m., er alle belang bij hadden hun wagen te ontzien. In de bergen daalde de commercieele snelheid nergens beneden de 50 k.m. per uur. Bij een afzonderlijken wedstrijd in snelheid en verbruik waaraan de Automobiel de drie wagens na hun terugkeer heeft willen onderwerpen, en die verreden werd op 11 Juli, legde de eerste een afstand van 500 k.m. af met een gemiddelde van 88.2 k.m. per uur, zonder eenige hapering en met een onberispelijke regelmatigheid. De tweede en derde haalden 85.5 en 83.6 zonder de geringste stoornis.
De brandstof hout of houtskool dezer voertuigen kost 4 à 5 maal minder dan de brandstof benzine. Het is waar dat dit verschil gedeeltelijk voortspruit uit de enorme heffingen waarmee de fiscus van diverse landen de petroleum en zijn derivaten belast. Het is ook waar dat hout of houtskool in goedkoopte nimmer de ruwe olie zal evenaren die als een fontein uit den grond opwelt. Zoolang de benzine ondertusschen duur blijft en door den wetgever getrakteerd wordt als een luxe-artikel, zijn de uitgaven welke men met hout of houtskool bezuinigt, geenszins te versmaden voor particulier en industrieel. Niemand overigens denkt eraan om alle benzine- en petroleum-motoren te vervangen door boschgas. Het onberekenbare voordeel der nieuwe drijfkracht bestaat daarin dat geen bewoonde streek der aarde in die mate schraal en onvruchtbaar, afgelegen of afgesloten is, dat de mensch er ooit brandstofgebrek voor zijn machines behoeft te vreezen. De geleerde genootschappen, de handelslichamen, de sport-clubs die gedurende lange jaren de bevredigende oplossing van een technisch probleem hebben aangemoedigd, jaagden geen ander doeleinde na dan de mogelijkheid te scheppen om op een onvoorzienbaar oogenblik een tappelings uitgemeten, zeer ontvlambaar en onontbeerlijk product te kunnen vervangen door een substantie welke overal voor 't oprapen ligt.
Ik zou deze definitieve overwinning minder nadrukkelijk beklemtonen wanneer zij aan de bewindvoerders eener natie niet een zekere onafhankelijkheid verschafte welke zij angstig gedurende een kwart eeuw gemist hebben, wat hun bewegingen verlamde, hun horizon beperkte, hun verbeelding intoomde. Petroleum en benzine onderhielden in Frankrijk een inferioriteitsgevoel waaraan geen enkel staatsman geheel ontsnappen kon. Bevrijd te zijn van dezen druk is een der onwaardeerbaarste voorrechten welke de fortuin en de ingenieurs schonken aan de voortvarende generatie die nog dit jaar langs alle wegen ravitailleeringsposten gaat organiseeren van hout en houtskool voor de reservoirs der automobielen. Noch Shakespeare noch de heksen van Macbeth konden gissen dat een bosch ooit zou opmarcheeren in dezen vorm.
[verschenen: 4 augustus 1934]