[Lezing van pater Louis de Sonnaville s.j.]
Voor de leden der vereeniging van ‘Geloof en Wetenschap’ hield gisteravond de weleerw. pater de Sonnaville s.j. een interessante lezing over ‘Kerkelijke Toonkunst’. De kwestie is zeer actueel, dus, volgens de geachte spreker, was een diepgaande studie over dit onderwerp voor zijne hoorders onnoodig. In eene korte inleiding verklaarde hij de vereischte voortreffelijkheid van den kerkzang uit het integreerend deel, dat deze vormt van de hoogste plechtigheid op aarde: de Heilige Mis. In een stukje historie vertelde spr. ons 't ontstaan der kerkelijke kunst: de Joodsche tempeldienst, door David ingesteld, de hymne, die Christus aanhief bij 't laatste avondmaal, de oorsprong van het Gregoriaansch uit de Grieksche muziek, de duistere tijd tot de elfde eeuw, zonder of met zeer onzekere bronnen en gegevens, het ontstaan der kerkelijke polyphone kunst uit madrigaal, vilanel en dergelijke. Even roerde de spreker aan het zoogenaamde ontaarden in geraffineerde contrapuntiek, waarbij Palestrina immer gevierd wordt als redder. Doch pater de Sonnaville stond hier o.i. op een al te oud standpunt, dat reeds lang bestreden en weerlegd is door Ambros.
Het tweede deel was een hernieuwde aanval op het subjectivisme in de kerkelijke muziek, door den spreker terloops reeds in het begin bestookt. Naar aanleiding hiervan zou men de opmerking mogen maken, dat de oude kerkmuziek, gevierd als puur-liturgisch en enkel-kerkelijk, in haar historisch milieu dezelfde gebreken had, als b.v. de ‘Missa Solemnis’ van Beethoven, dat ze even zeer subjectief klonk in den tijd van haar ontstaan, wat veranderde door haar historisch-worden; dat ze ook met wonderlijke ooren werd aanhoord, en aangebeden als enkel-schoonheid, waardoor men de altaarplechtigheden vergat, wat talrijke tijdgenooten van Venetië en Rome getuigen. Bovendien: is kunst mogelijk en bestaanbaar zonder subjectiviteit? Neen, en wij gelooven dat het dan wordt een verfoeilijk machinaal berekenen. Kunst wordt geboren uit inspiratie, deze bruischt uit de ziel, is er onafscheidelijk één mee. Is ziel denkbaar zonder subjectiviteit? Ook het Gregoriaansch is subjectief, doch deze subjectiviteit is universeeler dan die van Beethoven of Mozart, die individualisten waren. Dit had de spreker kunnen aanduiden,
Een bespreking der liturgie, het verplichtende hiervan, vulde de rest der lezing. Vooral het ‘Motu Proprio’ van Pius X diende pater de Sonnaville tot grondslag zijner argumenteeringen, doch ook Richard Wagner. Spreker wees op beider merkwaardige overeenkomst van meeningen. Dit zette Edgar Tinel reeds uiteen in zijne toespraak van 1908 tot de Brusselsche Académie des Beaux Arts ‘Pie X et la musique sacrée.’ Verder vertelde ons de spreker over opleiding der zangers, gaf ons een brokje geschiedenis over de oude zangscholen en weidde in 't breed uit over liturgischen volkszang.
Tot slot echter volgde een zeer vermakelijke (zij sloeg in) parodieering van passages uit Beethovens ontzagwekkend meesterwerk, de ‘Missa Solemnis’, uit missen van Haydn en Mozart en Berlioz' Requiem. Deze werken deugen niet, wat liturgie betreft, zonder twijfel; het zou den een of ander echter goed gedaan hebben, wanneer naast deze travestie, een paar kerkmuziekproducten uit de laatste jaren waren belachelijk gemaakt, waarvan de meeste onder het opzicht van kunst niet deugen.