Caecilia-Concert, Stadsschouwburg [Mendelssohn Ouverture Meeresstille und glückliche Fahrt, Brahms Dubbelconcert (solisten Gerard Hekking en Christiaan Timmner), Tschaikowsky Serenade voor strijkers en Schumann Symfonie nr 4 o.l.v. Willem Mengelberg]
Mendelssohn's ouverture ‘Meeresstille und glückliche Fahrt’, het Doppelconcert voor viool en violoncello met orkestbegeleiding van Johannes Brahms, eene serenade voor strijkers van Tschaikowsky (op. 48) en Schumann's vierde symphonie, vormden het programma, met zorg gekozen, niettemin artistiek genoeg, (de diepe Brahms en Schumann tusschen den praler Tschaikowsky en Mendelssohn).
Vele jongeren van het conservatorium (strijkers) versterkten naar gewoonte het Concertgebouw-orkest en 't opvallendste van den avond was de prachtige klankschittering der strijkinstrumenten. Men zou deze verhoudingen voor altijd willen houden. Het maakt de reliefs zachter en ronder, vooral ten opzichte van het koper. En de verschillende blazers hooren we in [een] omgeving, die het mooie spel en klank nog bewonderenswaardiger doet uitkomen.
De heeren Gerard Hekking en Chr. Timmner speelden boven vermeld Doppelconcert van Brahms: Beide kunstenaars hebben de schoonheden van dit meesterwerk wél doorzien en doorvoeld. Timmner was op vele plaatsen (vooral eerste en tweede deel) spontaner dan we van hem gewoon zijn en Hekking gaf zich op nieuw met zijne heele, groote, heerlijke hartstochtelijkheid. Het Andante dunkt ons het hoogtepunt van den avond. De verschillende thema's zijn van de diepste schoonheid, opbouw en verwerking van grondelooze hoogte, het spel der solisten waarlijk lofwaardig om de artisticiteit, het orkest mooi en bescheiden van klank, zeer een met de solo-instrumenten; de dirigent, Willem Mengelberg, kunstvoller in de fijn genuanceerde voordracht dan ooit.
Ook de lieve Serenade van Tschaichowsky is voortreffelijk vertolkt. Wat we op het werk tegen hebben is vooral zijn lengte, want als kunstwerk schijnt het ons verre van belangrijk. De symphonie van Schumann werd eveneens uitstekend voorgedragen. Vooral het koper klonk prachtig, daarentegen hoorden we de pauken een paar malen onzuiver van stemming.
Ten slotte: Het vele publiek klapte geestdriftig. En Mengelberg heeft zijn orkest twee maal in de toejuichingen laten deelen. Na Tschaichowsky en na Schumann.