De ‘Messias’
Dit werk van onstuimige majesteit en van zachte bekoorlijkheid in sommige passages, schreef Händel op 56-jarigen leeftijd, nadat hij kort te voren een bankroet en een bijna doodelijke beroerte had geleden, in een tijd van vier en twintig dagen. Dit alleen is reeds verbazingwekkend, want als conceptie in geheel en in onderdeelen mag het oratorium ongeëvenaard heeten. Het was zijn eerste werk dat hem de onsterfelijkheid zou bezorgen. De tekst is letterlijk ontleend aan de profeten en evangelisten, - koninklijke librettisten dus - en daaraan heeft Händel zeker een deel van zijn triomf te danken.
De uitvoering, Zondagavond door de Koninklijke Oratoriumvereeniging gegeven in het Paleis voor Volksvlijt, was zeer schoon. De groote trek van den Messias, de majesteit, kwam door de koren onder de bezielende leiding van den heer Tierie goed tot uitdrukking. Zoo met name het geweldige ‘Hoch thut euch auf’, het bekende ‘Halleluja’ en het indrukwekkende slotkoor. Al miste de klank hier en daar de mooie afronding, de rhythmiek was echter uitstekend, het geluid koninklijk. Een der grootste verdiensten der uitvoering bestond in de goede verhouding tusschen instrumentale en vocale uitvoerders; - er was een schitterende eenheid van klank.
Den heer J. van Kempen waren de tenor-soli toevertrouwd. Waar deze echte kunstenaar zingt met het echte heldere, sympathieke geluid vol fijne schakeering en mevr. A. Loman, de sopraan-soliste, met klaar tintelende stem als nachtegaal-muziek, beiden met volmaakte techniek, daar krijgt men vrede met Händels coloratuur en vergeet men, dat de menschelijke stem wel eens wordt misbruikt als instrumenten.
Mej. M. Stapelveldt zong de alt-soli met volle, donkere, klankrijke en mystieke stem. De mooiste oogenblikken van het werk, het recitatief en de aria uit het 1e deel en ‘Er ward verschmähet’ werd met bewonderenswaardig geheimzinnig coloriet en diepe uitdrukking door haar vertolkt. Ook de orkestbegeleiding van deze laatste aria was voortreffelijk. De heer Jan Sol zong de zware bas-soli met volledige vaardigheid, doch zijn geluid klinkt ietwat dor, het spreekt niet rechtstreeks tot het hart.
Een der schoonste vindingen in den Messias is het vertraagde optreden der sopraan. Als schittering van licht waren de tonen: ‘Uns ist zum Heil ein Kind geboren’, ‘Er weidet seine Heerde’, ‘Ich weiss das mein Erlöser lebet’ (de schoone orgelbegeleiding in handen van den heer E. Cornelis). Ook het kwartet met koor uit het derde deel (met de prachtige contrast-werkingen) behoort tot de hooge oogenblikken van den avond.
De leiding van den Heer A. Tierie muntte vooral uit door goed-geziene nuances van licht en donker, welke bij Händel zoo veelvuldig voorkomen.
Hedenavond wordt het werk wederom uitgevoerd.