Ewald Straesser
Ewald Straesser heeft zijn tweede symphonie gedirigeerd in het Concertgebouw, terwijl (‘zijn zwager’ zegt het Handelsblad) Mengelberg reeds vroeger de eerste uitvoerde. Het psycho-analytisch resultaat van het tweede werk is de meesten zijner stille hoorders duidelijk geworden en wanneer ik het hier neerschrijf verraad ik geen druïdisch geheim. De menschheid wordt al honderd jaren vermaakt en geboeid door het schouwspel der twee thema's: zij treden links en rechts van het tooneel op en lezen aren als twee kippen, vreedzaam gelijk Ruth en hare gezellin op de boerderij van Boaz; maar plotseling, wanneer het varken grillig knort of de hond aanslaat, stuiven ze omhoog, geven elkaar de schuld, wagen den aanval met opgezette nekveeren en gestrekte vleugels, kijken na een kortstondig offensief elkaar even aan en kakelen alsof er niets gebeurd is. Zoo was van oudsher ons muzikaal Jan-Klaassen-spel en er bestond niets anders. Doch nadat de componisten Hegel lezen, Schopenhauer, Hartmann en ook Marx, nadat de algemeene leerplicht is bevolen en de cultuur natuurlijk steeg, toen ook de stommerikken het a-b-c leerden, kwam de muziek tot een hooger bewustzijn en sinds demonstreert men, met behoud van het kippengevecht en met niet minder peripetieën, eene soort regenboogtheorie, welke ik ook wilde releveeren in Straessers orcheststuk: Na regen komt zonneschijn. Wagner componeerde geene opera, Strauss geene Tondichtung en Brahms geene symphonie, waarin deze thesis niet verdedigd wordt met veel succes. Wanneer men er in slaagt om aan een noodwendige levensuiting (het kippengevecht) een philosophische beteekenis te geven (Na regen komt zonneschijn) beteekent dit een belangrijke vooruitgang en zoo houden de musici niet op, sinds Josua eene aria componeerde voor de trompetten van Jericho, die het beroemde applaus had der vallende muren, zich veel moeite te geven om hunne kunst zoo progressistisch mogelijk te ontwikkelen.
De electronen, waaruit ik ben samengesteld, wijzigen hun rythme en hunne beweging bij elk concert en totdat ik iets beters gehoord heb, zal ik moeten schrijven in dezen trant, onder den invloed van Straessers effusies. Het conflict speelt in de moderne maatschappij een groote rol en het bescheidenste intellect kan er bij. Straesser daalde tot de diepten van het probleem, vond eene godheid en eene andere vijandige godheid, volgens zekere oude Aziatische mythe, en stelde Dur, de dochter des Hemels, het symbool der vroolijkheid, tegenover Moll, de zoon der Aarde, symbool van het leed. Moll treedt op en kermt tot Dur geboren wordt, optreedt en liefelijk zingt; Moll toont zijne tranen, Dur de attributen van den kermis, zij vechten er om welke het meest waard zijn, beurtelings heerscht een van beiden, tot Moll in den tartarus geworpen wordt en Dur daarover een optimistisch lied aanheft, omdat zij werkelijk geen spijt behoeft te hebben.
Ik zou een even lang verhaal moeten schrijven om te toonen hoe diepzinnig dit gerealiseerd werd (veel noten, geen zang) en de hoorders bijna van hun stokje vielen. Doch het zou u slechts overtuigen in de meening, dat men na vele folianten muziek doorworsteld te hebben (hoofdzakelijk Brahms en Strauss) eene symphonie kan maken. Het woord in de Duitsche muziek is sinds langen datum aan de Bildungsphilister en zoolang het tijdperk van 60 à 90 pCt. analphabeten niet terugkeert (het tijdperk van Rusland, het renaissancistisch Italië, 't Shakespeareaansche Engeland etc.) zullen zij 't hoogste woord voeren, of er moet een wonder gebeuren. Tot zoolang constateeren wij twee dingen:
1. | dat het intellect van de wijs is; |
2. | en het instinct naar de maan. |