Het Wonder-trio
Het was ernstig bedoeld. Zij deden alles met aardig-uitgestreken gezichtjes. Ze maakten onvervaard de houterige kniksen; ze beredderden drukdoende, zonder een plooitje om de lippen, stoelen, lessenaars, muziek. Ze stemden haar instrument niet, wat héél serieus is. Ze attaqueerden zonder fronsen en hielden zonder fronsen op, dansten de houterige kniks en gingen verder. Als het mooi klonk knipoogden ze niet, als er noten verongelukten knipoogden ze ook niet. Ze gaven 'm van katoen, ze jasten met de echte welgemeendheid van kinderen. Een ontstemd instrument baarde geen bekommernis. Als het gedaan was trokken ze elkaar hand-aan-hand de deur uit.
Wij, de groote menschen, glimlachten. We glimlachten als eventjes haar zieltje sprak, wij glimlachten als er met loopjes gesmokkeld werd, als het ensemble vervaarlijk schommelde, als de vingertjes of de snaren soms dienst-weigerden. Het serieuse gedoetje was aardig. Van kinderen kan men geen kwaad zeggen, dat weten hare vaders en moeders. Wat Else Hilger die 14 jaar is en de twee muzikale knobbels op het voorhoofd draagt, met haar cello doet is knap en bewijst talent, Greta Hilger, die 15 is, heeft in haar klaren aanslag iets aparts, en Marie Hilger, die 16 is, bespeelt hare viool lang niet kwaad. Waarschijnlijk zijn ze 't absoluut niet eens met de pedagogen, die haar naar 't podium slepen en dat zou getuigen van gezond verstand. Voor eene Montessori-school konden ze een prachtige reclame zijn, onder de kunstenaars hooren ze niet thuis.
Stephan Partos begon ook in het kleine zaaltje van Duwaer en Naessens, ontketende eene manie en trok als kapitalistje weg. Nu wordt het wonder herhaald. En wat is aantrekkelijker, dat men een wonder op z'n eentje, of dat men een wonder met z'n drieën doet? We zullen de kat uit den boom kijken. Onder de drie is er allicht eene, wier ster goed genoeg is om een paar maanden voor de furore te zorgen.
Ze speelden het cello-concert van Dvorak, eene voor viool en cello bewerkte passacaglia van Händel, het melodieuse trio op. 99 van Schubert, de nocturne van Chopin, die voor alle instrumenten gezet is en een Spinnlied van Popper.