Einde
Een paar dagen voor het vijftigste en laatste abonnements-concert waren uitnoodigingen verzonden van den volgenden inhoud:
Vertrouwelijk.
Eenige vrienden en vereerders van Willem Mengelberg zouden den onvermoeiden dirigent op het laatste abonnements-concert, Zondagmiddag a.s., van hunne bijzondere erkentelijkheid willen doen blijken voor het feit, dat hij in het afgeloopen seizoen van 12 December af tot 4 Mei een bijna onafgebroken reeks van méér dan buitengewone concerten heeft geleid. Gedurende het seizoen 1918-1919 hebben 38 van de 50 abonnements-concerten - zeker een ongewoon aantal - onder Mengelberg's leiding plaats gevonden.
De bedoeling is een bloemenhulde, die groeit naar de mate van het aantal deelnemers.
Zoo u aan die hulde zoudt willen deelnemen, wordt u vriendelijk verzocht uw naamkaartje, met een bedrag van f 1, te willen doen bezorgen bij ‘Flowershop Ivy’, Leidscheplein 37, uiterlijk Vrijdag 2 Mei a.s., des namiddags 6 uur.
De bloemenhulde (tegen werkelijk civielen prijs) is gisteren aangeboden in den vorm van een imposanten krans, aan den eenen kant beladen met de (civiele) naamkaartjes, aan den anderen kant met een opschrift, herdenkend en huldigend de groote, volbrachte daden. Er werd zeer gejuicht en gejubeld en met zeer bekwamen takt werden gejuich en gejubel in ontvangst genomen. Mengelberg oefent ook die kunst uit met virtuositeit.
Mij dunkt, dat de enthousiaste vrienden en vereerders ‘De Telegraaf’ erkentelijk kunnen zijn voor den steun, welken zij van dit blad ondervonden. Zonder overdrijving en misschien wel zonder ironie. Aan onze herhaalde, onvermoeide opwekkingen hebben zij die serie van 38 méér dan buitengewone concerten te danken; daaraan dankt Mengelberg zijn ongestoorde triomfen.
Wij sloten dit seizoen met Brahms' eerste en Mahler's Vierde. Laten wij veel hopen van het volgende.