Dirk Schäfer [Chopin-avond]
Debussy droeg een zijner laatste werken op (ik geloof de tien Etudes) aan de herinnering van Chopin en men weet niet aan welk ander componist der Romantici de wijding van deze moderne, veel-eischende autoriteit nog zou kunnen worden toegekend. Er zijn weinig auteurs der negentiende eeuw die den tegenwoordigen tijd zoo ongeschonden haalden als Chopin, weinig die te midden der huidige muzikale woelingen zoo onaantastbaar standhouden. De bitter-zoete gebrokenheden, die Oscar Wilde nog citeert in ‘De Profundis’, de grage bezwijmingen, de hopelooze frenesieën, o, en de immaculate weemoed, de zinnestreelende, nerveuze lasciviteit en de verloomende elegieën van préludes, walsen, mazurka's en nocturnes, - de twintigste eeuw nam ze gaarne over van de kanten en zeer nobele gravinnen en hertoginnen, baronnessen en vicomtessen, voor wier verrukkingen zij geschreven werden. Men vraagt zich soms alleen af, of de charmes dezer illusionistische en melancholieke schoonheid wel straffeloos den ijzeren tijd der democratische jaren passeerde, of zij hare beste Aphroditische eigenschappen op dien moeilijken tocht niet verloor, of onze ooren nog zijn ingesteld op zooveel hertoginnelijke fluisteringen en wereldsche extases tegelijk, met haar eeuwigen achtergrond van vreugde en dans. Het is ook wel merkwaardig, dat al die muziek, welke gecomponeerd is voor de schitteringen van Balzacsche salons en voor zeer reëele levenslievende zintuigen, bij onze tijdgenooten verhemelscht wordt in de aquarium-tinten der half-verlichte zaal. Ja, het is merkwaardig, dat Chopin zich zoo gemakkelijk laat vervormen tot een min of meer boven-zinnelijk mystagoog. Zulk een hoeveelheid ideaal en quasi-religieuse gezindheid zouden de zeer nobele, kanten gravinnen etc. van de hand hebben gewezen. Maar wij zijn excentrieker in onze violette schemers.
Schäfer is aangekomen op het hoogte-punt van zijn leven, en met virtuositeit, met welbehagen ziet men hem de dagen van zijn kunstenaarsschap plukken. Een uitverkochte zaal was in de wolken, om dezen Chopin-avond; men zuchtte, men stamelde en men juichte ook van precieuse voldaanheid, na iedere étude, mazurka, wals, barcarolle, ballade en nocturne, waarvan ik u de catalogiseerende groote en kleine tertsen spaar.