Pembaur (Concertgebouw) [Tweede pianoconcert van Liszt]
Pembaur, die Stirner kon heeten wegens zijn indrukwekkend voorhoofd, heeft eene overstelpende geweld-en-kracht-séance gegeven op ééne piano, die klonk als tien piano's. Hij speelde in het tweede concert van Liszt boven alle orkesttutti's uit en daarvoor moet men handen hebben als hamers.
Pembaur heeft ze en de hamers hebben tweeduizend hoorders in een dolle extase gebracht en de pianist bleef buigen op zijne eigenaardige manier, als eene marionet, waarbij men zeer grillig aan de touwtjes trekt. Er kwam geen eind aan en deze bui van enthousiasme is gelukkig gerechtvaardigd. De virtuoos Pembaur heeft eene zeer schilderachtige persoonlijkheid en op zijne tien piano's toovert hij de donkerste en meest fantastische kleuren. Zijn Liszt is een kolossal-Liszt en als zoodanig onovertrefbaar imponeerend; die kolossal-klank is ook zeer verdraaglijk en goedmoedig in al zijn praal. Ik zou àl zijn Chopin-spel echter niet gaarne verdedigen, ondanks de zilverige rimpelingen, welke het óók heeft. Liszt's Mazeppa-etude speelde hij als een orkaan van klank; men wordt er duizelig van.