44
Maar dit alles geschiedde nog op aardse en op menselijke schaal, vanaf mijn eerste werp-spies, vanaf mijn eerste rad, tot aan mijn laatste bestuurbare raket-bommen en gevleugelde straal-motoren. Ik begreep niet waarom ik over onheil en dood een heerschappij verkreeg, welke mij satanisch scheen en infernaal. Ik begreep den zin niet van mijn arbitrale meesterschap over eigen geluk en ongeluk. Misschien zou ik in mijn ouden hoogmoed mijn betekenis nimmer begrepen hebben, wanneer ik, alvorens gehele macht te verwerven om den dood te stichten, dezelfde macht veroverd had om leven te vervaardigen. Nog had ik dan in mijn stuggen trots kunnen wanen een mens te zijn, niet meer dan een met intellect begaafd mechanisch mens, wonderbaarlijk en absurd product van blinde oorzaken. Vanaf mijn vroegste tijden had ik den dood nodig als waarschuwing en aansporing. Hij is opnieuw verschenen, gelijk op den verren dag toen ik hem voor 't eerst bewust ervoer. Ook nu zou ik niet den zin van mijn raadsel, en noch mijn doel noch de bedoeling gevat hebben zonder hem, zonder zijn verwittiging.