Johan de Brune de Oude (1588-1658). Descriptieve auteursbibliografie

[p. 150]

1047: titelpagina (ex. 1)

[p. 151]

1047

Banket-Werk Van Goede Gedachten. Door de Heer Mr. Johan de Brune, Raed Pensionaris der Ed. M. Heeren Staten van Zeelandt. [fleuron] t'Amsterdam, [lijn] Uyt de Boeck-winckel van Jan van Duisbergh, op de hoeck van de Stil-steeg, achter 't Stadthuys, Anno 1658.

3e dr.; 1e dr.: 1044; andere uitg. 1e dr.: 1045; 2e dr.: 1046; titeluitg. 2e dr.: 1058; 4e dr.: 1049; 1e dr. dl. 2: 1050; Appendix bij 4e dr.: 1052; titeluitg. Appendix: 1059; bloemlezing: 1082; andere uitg.: 1083

12^o: A-Z¹² Aa-Bb¹² [$7 (-A1, P7, V7, Y7; X4 gesigneerd als X7, Z3 als Z5)]

300 bladen = p. [18] 1-4 [2] 5-578 [2] (121 gepagineerd als 122, 548 als 348)

signatuurposities:

A2	konnende
A3	op-doet:
A4	den
A5	[niet]
A6	W. Quirinus.
A7	op-ghedist
B	maer
B2	vervallen
B3	eynde.
B4	[niet]
B5	een swerm
B6	zijn
B7	, daer
C	spotsche-wijs
C2	morgen
C3	vuyligheden.
C4	villen
C5	sich meer
C6	t'samen
C7	eertijts
D	blind-hocken
D2	omme-gaet
D3	groot-vorst
D4	wezen
D5	zwaer dragen
D6	anders
D7	[niet]
E	zoo
E2	laehende
E3	niet vruchteloos
E4	stoel van
E5	de grootste
E6	geeft.
E7	middel-maet
F	van
F2	vergiftighde
F3	dinghen. Jae
F4	bosch, dat
F5	spreeck-woord
F6	geesten uyt
F7	haer aen-blazen
G	volgh-knecht
G2	zijn keyen
G3	tegen
G4	woord
G5	den ouden
G6	dat elders
G7	maeckt
H	verborgen zijn
H2	uyt-geven.
H3	maecken.
H4	slaep-ratten. Een
H5	ander heeft
H6	genoegh:
H7	geboren
I	,
I2	een grijzen
I3	behagelick
I4	getelt moet
I5	en vlamme
I6	armen
I7	gebroken,
K	te
K2	ander humeur
K3	moeder
K4	gansch vernielt
K5	ontzien. Maer
K6	lichaem
K7	passagy-voghels
L	verwarmt
L2	vermeerderen.
L3	quijl-babbe
L4	zy
L5	natuyrelijcke
L6	verwaerloozen!
L7	aen een
M	zeggen
M2	kick-vorsschen
M3	met de
M4	gunste gespaert

[p. 152]

M5	wederom in
M6	Weynigh geseyt
M7	vermagh
N	Louys Xl.
N2	bevonden wiert
N3	daer van
N4	niet als
N5	die den
N6	zoo hoogh
N7	gebruycken.
O	op
O2	gheleden heeft,
O3	vuyr voor
O4	staegh
O5	gelijck
O6	verslindinge
O7	ghelucks
P	zijnder
P2	ghevochten is
P3	jaren
P4	boetsen
P5	ooghen
P6	van zy
Q	een dagelicks
Q2	vuyle wellust
Q3	komt
Q4	weygert, zoo
Q5	emmer
Q6	golven
Q7	vonnissen op
R	schouw
R2	zonne-loop te
R3	kind begint
R4	brenghen,
R5	kamericks-doeck
R6	zeggen,
R7	hy zal
S	hy
S2	kijven;
S3	quart-man
S4	op het
S5	te verteeren.
S6	anders dan
S7	welcke prijkende
T	man
T2	zich steeds
T3	Dan wilt
T4	een slijp-steen
T5	mede-brenght.
T6	zijn
T7	vacantien en speel-daghen
V	vouragie.
V2	speeldt;
V3	Staets-persoonen
V4	maer al
V5	zijde
V6	verleppen en
X	geeft,
X2	een heylighe
X3	stemme
X7[=X4]	maeckten eertijdts
X5	ghezanten
X6	in
X7	rugge voor
Y	teghen
Y2	[niet]
Y3	die alle
Y4	legghen; om
Y5	gantsche
Y6	uyterlicke kerck-plichten
Z	en
Z2	Dat is
Z5[=Z3]	anders
Z4	boom
Z5	bedrijf
Z6	ghetuyght,
Z7	De
Aa	de
Aa2	behelst veel
Aa3	schuddinghen
Aa4	zien, en
Aa5	; en tegenspoed
Aa6	stemme
Aa7	komen zien.
Bb	[niet]
Bb2	eygen
Bb3	grooten Keyzer
Bb4	zelven uytblusschende,
Bb5	daer
Bb6	boezem vande
Bb7	tot sijne

prenten:

op A12v

rechthoekige gravure met in een ovalen lijst een portret van Ioh. de Brune, Raed-Pensionaris vande edele moghende Heeren Staten van Zeeland. In de bovenrand van de ovalen lijst staat: Spe Et Metu. Ætat. LXVII. A^o. 1656.

inhoud:

A1r	titelpagina
A1v	[blank]
A2r-4v	Aen den Raed van Zeeland. [Dedicatie door De Brune].
A5r	Op Het Bancket-Werck Van den Hoogh-geleerden Groot-acht-

[p. 153]

	baren Heer Johannes de Brune. Raet Pensionaris van de Ed. Mog. Heeren Staten van Zelant, door J. Cats.
A5v	Op Het Bancket-Werck Van den Heere Johannes de Brune en Op het selve door Constanter [= C. Huygens].
A6r	Incomparabili Viro, D. Johanni de Brune, Zeelandiæ Syndyco Supremo, Palladias Dapes instruenti, door W. Quirinus.
A6v	De selve aen den selfden, door W. Quirynssen.
A7r-7v	Op het Bancket-Werck Van den Hoogh-gheleerden, Hoogh-ghe-eerden Heere, Heer Johan de Brune, Raed-Pensionaris van mijne Heeren de Staten van Zeeland, door C. Boey.
A8r	Sonnet Op het Bancket-Werck Van den Hoogh-geleerden Heer, ende Mr. Johan de Brune, Raet Pensionaris van de Provintie van Zeelant, door P. van Gelre: J.C.
A8v	Op het Bancket-Werck Van Goede Gedachten, Door D Heer Mr. Johan de Brune, Raed Pensionaris der Eed. M. Heeren Staten van Zeelant, door Joan. Wilmerdonx. In otio de negotio.
A9r-9v	Noodiging Op't Bancket-Werck Van Goe Gedachten. Op-gedischt van den Ed. Heer Mr. Johan de Brune, Raad-Pensionaris der Ed. Mog. Staten 's Lands en Graflijcheyds van Zeeland, &c., door Izaak van Hoornbeek.
A10r-A11v	tekst van Joh. de Brunes Bancket-Werck Van Goede Gedachten.
A12r	[blank]
A12v	portret van De Brune.
B1r-Bb11v	vervolg tekst van Joh. de Brunes Bancket-Werck Van Goede Gedachten.
Bb12r-12v	[blank]

gecollationeerde exemplaren:

= 1	AMSTERDAM, UB: 590 H 20.
= 2	ANTWERPEN, SB: D 67834. opbouw: A-katern: A12.1, A2-11.
= 3	GRONINGEN, UB: EE e 118d. Herkomst: Geschenk van Mr. W. Bakker G.Gz.
= 4	HAARLEM, SB: 87 A 5 (olim: D V 28). opbouw: blad A12 (portret van De Brune) ontbreekt.
= 5	LEIDEN, UB: 1228 G 34. Herkomst: Mij. Ned. Lett.
= 6	UTRECHT, LB: Ned L*XVII*BRU-b-2#rar. Herkomst: Titi van Lanschot; ‘Dat gij weder jonck wort als eenen = Arent: psal 103 v 5 / Van den Bosch’; ‘1660. A v.d.B. 24 may’; achterin een onvolledige handgeschreven ‘Taefel Oover T Banketwerk’ (letters A-H). opbouw: A-katern: A1.12, A2-11 (het buitenste dubbelblad van het katern is apart gebonden vóór de rest van het katern, zodat het portret van De Brune tussen het titelblad en het voorwerk komt).

niet-gecollationeerde exemplaren:

= 7	CAMBRIDGE (USA): Harvard University.
= 8	LEEUWARDEN, PB:
= 9	LONDEN, BL: 12315 aa 11.
=10	Privé-collectie Michels
= 11	KOPENHAGEN, KB: 92-314.

commentaar:

Dit is de 3e druk van het Banket-werk, waarschijnlijk een pirate

[p. 154]

edition, hoewel het voor de druk-1657 verleende octrooi alleen bescherming bood voor Zeeland. Door ‘verkeerd’ vouwen van het buitenste dubbelblad van het A-katern kan het portret van De Brune op A12v tegenover de titelpagina op A1r gebracht worden, zodat de tekst niet onderbroken wordt maar normaal overloopt van A11v naar B1r; de rest van het katern (de bladen A2 t/m 11) wordt apart van dit eerste dubbelblad gebonden.

literatuur:

1658-03 en verder de literatuur onder 1044.