Langs groene hagen
(1899)–Raf Verhulst– Auteursrecht onbekend
[pagina 185]
| |
[pagina 186]
| |
Op de zwarte velden vielen,
Vielen loodzwaar te allen kant,
Vielen smeekend voor de zielen,
Klokkeklanken op het land.
't Kerkdak rijst nu, - als de roeve
Van een doodkist, die daar wacht,
Tot zij neerdaalt in de groeve,
In de groeve van den nacht.
Sterren staan als zilvren tranen
Op de lamfers van het zwerk;
Staan op nachtelijke vanen
Die omvlotten 't schrijn der kerk.
In den toren zwijgt de klokke,
En het graflicht van de maan
Blijft bewakend op de nokke
Van de reuzen doodkist staan.
|
|