Langs groene hagen(1899)–Raf Verhulst– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 122] [p. 122] Daar komt mijn flinke jongen. Daar komt mijn flinke jongen uit den tuin, Ravottensmoe maar toch nog roezemoezig, Met poetsige oogjes, hijgend, smoezig, snoezig: De haren vlasblond, 't voorhoofd zonnebruin. Een oogenblik leunt hij aan vaders knie, Maar blikt gedurig naar zijn mulle bergen, Zijn vesten voor een wonderland van dwergen: Dan vliegt weer heen, mijn uitgeruste bie. Vorige Volgende