Het huis ten einde(1971)–Jan Vercammen– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 45] [p. 45] Van de woning in de tuin Gij weet niet eens hoe breed en machtig deze woning is als een zwangere vrouw die vuur proeft met watersmaak en tarwe met tranen. Zij vertoeft in de tuin en verduistert hem, verstomt hem tot roerloosheid van alle lippen. Maar mijn longen zijn licht en blijven verlangen. De aders op mijn handen zijn zichtbaar in de zon en vermoedelijk ook in de slaap. Maar de vingers aan mijn handen loven haar op vele harpen, ook als de tijd zo lelijk lacht dat zij ervan ontstelt en u de tuin verbiedt. Vrees niet: de tuin blijft vrij voor u. Mijn dood echter vindt ge niet zolang de sluiers beweeglijk zijn van deze schaduwrijke flora van verwijdering, zolang gij niet het huis opnieuw herkent als mijn gesloten ogen u levend zien. Vorige Volgende