Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 3
(1938)–Lodewijk van Velthem– Auteursrecht onbekendVan Meerlijns prophesien. .x.Ga naar voetnoot+Des gelijcs vandic bi naGa naar voetnoot771
In Merline, alsict versta,Ga naar voetnoot772
Maer dat Daniel brinct hier vord,
Ende in sine profecien heet nord,
775[regelnummer]
Ende oest, ende west, dats sonder waenGa naar margenoot+
Van Jherusalem, alswijt verstaen,Ga naar voetnoot776
Want van Jherusalem rekende hi,
Nort, oest, west ende suut daerbi.
Hier met seit hi oec int inde,
780[regelnummer]
Dat mede comen die vier winde.Ga naar margenoot+
Hi noemt oec dit in ander maniere,
Dese .iiij. inde, nu hort hier sciere:
Meridien heet hijt, ende orienten,
Ende aquilonen, ende occidenten.
| |
[pagina 271]
| |
785[regelnummer]
Egipten heet hi staende, echt,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot785
Meridien van Jherusalem, recht,
Ende Chiria, heet hi aquilone[n] met,Ga naar voetnoot787
Daer occidenten es jegen geset,
Ende orienten in dander side,
790[regelnummer]
Dit was sijn meinen in allen tijde.Ga naar margenoot+
Ga naar margenoot+ Ende Meerlijn, na sijn jugement,Ga naar voetnoot791-794
Van Bertaengen, altoes omtrentGa naar voetnoot792
Bertaengen hiet, bi sinen tide,
Alle dese lande wide ende side,
795[regelnummer]
In manieren, versta ict alsoe,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot795
Om datsi waren alle doe
Onder den coninc Artuer mede,
Maer in Ingelant was sijn sede
Dat hi altoes plach te sine.
800[regelnummer]
Nu es oec wel dat in scine,Ga naar margenoot+
Daer een man woenende es,
Dat hi vandaer, des sijt gewes,
Telt, ende rekent west ende nord,
Ende suut ende oest daer so vord.
805[regelnummer]
Om dit so es dan te verstane,Ga naar margenoot+
Dat Meerlijn telt also vord ane
Van Ingelant sine saken.
Die sine prophesien maken,
| |
[pagina 272]
| |
Selen dit also verstaen:
810[regelnummer]
Welc lant dat es gestaenGa naar margenoot+
Van Ingelant, suut oft nord,
West, oest. So mogensi vord
Bat sine prophetien weten,
Want elc vanden anderen propheten,
815[regelnummer]
Welc van sinen lande was thoeft,Ga naar margenoot+
Vandaer telt hi, dies geloeft,
Ende des gelijcs dede oec Merlijn,
In al die prophesien sijn.
Ende waer dat soe dochte mi waleGa naar voetnoot819-824
820[regelnummer]
Sere geliken nu siere taleGa naar margenoot+
[.] Dese prophesie[.], die staet hier neven,
Die Daniel ute heeft gegeven,
Deser prophesien, die ic hier nu
Van Merlijn sal secgen u,
825[regelnummer]
Om dat mense geliken mach tsamenGa naar margenoot+Ga naar voetnoot825
Hetic dese andere bi tonamenGa naar voetnoot826
Meerlijns biteken in die word.
Nu hord sine prophecien vord.
|
|